Paarden-extreem-weer
Paarden-extreem-weer

4 x Zo speel je in op klimaatverandering

Welzijn Opvallend Verzorging

Hittegolven waarbij het dagenlang 35+ graden C is, wekenlange slagregens, nachtvorst tot ver in mei en hevige zomerstormen met windkracht 10… Helaas spookt het weer de laatste jaren behoorlijk. Vraag jij je ook af hoe je je paard comfortabel door klimaatveranderingen kunt helpen? Hier een paar voorbeelden met als codewoorden: preventie en voorbereiding.

Extreem, onverwacht en langdurige veranderende weersomstandigheden hebben een flinke impact op de fysieke en emotionele gesteldheid van je paard. Drastische veranderingen veroorzaken stress. Als dagenlange, hevige regenval de plaats inneemt van normaal Hollands zomerweer, kan het overlevingsinstinct van je gehoefde vriend behoorlijk worden getriggerd. Helemaal voorkomen kun je stress door extreem weer natuurlijk niet. Maar je kunt wel het een en ander doen om dit tot een minimum te beperken. Regelmaat is hierbij belangrijk. Houd dus ook bij abnormale weersomstandigheden vooral de normale voertijden, een schone leefomgeving, aangepaste trainingsintensiteit en de normale rusttijden aan. Deze pijlers vormen de veilige basis waarop je paard – bij uitstek een gewoontedier – kan rekenen.

1. Teveel zon

Fysieke uitdroging, te droge grond (en dus weinig gras), veel stof… Het zijn maar een paar dingen die je gratis meekrijgt als het wekenlang niet regent en/of te heet is. Zorgen voor schaduw is dan essentieel. Voor niet al teveel geld zijn er tegenwoordig stevige weidetenten te huur waaronder je paard schaduw op kan zoeken. Ook het spannen van doeken tussen stevige palen werkt in veel gevallen. Maar de natuur zorgt natuurlijk voor de beste schaduwbrengers: bomen. Die helpen bovendien bij het in standhouden van de luchtkwaliteit door koolstofdioxide te absorberen en zuurstof te produceren.

Plant ze dus vooral overal waar je kunt, langs paddocks en op weides. Geschikte boomsoorten zijn: wilgen, moerbeien, lindes, elzen, berken en iepen. Walnootbomen houden bovendien insecten weg. Een trucje om bomen sneller te laten groeien, is door ze in groepjes van 5 of 10 bomen wat dichter op elkaar te planten, op ongeveer 1 meter afstand van elkaar. Ze drijven elkaar zodoende de hoogte in, op zoek naar licht. Later kun je eventueel wat bomen weer wegkappen. De beste aanplantperiode is vaak de herfst.

2. Teveel regen

Het plenst en het plenst en het plenst maar door… Het land is een grote prutzooi. De paddocks staan vol plassen. De afvoerputten stromen vol en lopen over, net als de drinkbakken. Belangrijk is nu dat je paard droge voeten kan houden. Teveel vocht kan leiden tot een veelvoud aan hoefproblemen: de hoef wordt zacht en sponsachtig waardoor bacteriën hun gang kunnen gaan en rotstraal en mok veroorzaken. Maak dus vooral afvoersystemen zodat het water zoveel mogelijk weg kan. Graaf geulen, veeg water zoveel mogelijk weg op plaatsen waar het blijft staan op betonplaten. 

En gebruik een dikke laag stro, vlas en rubbermatten in (inloop)stallen. Sommige soorten hoefschoenen kun je in extreme gevallen ook prima gebruiken om je paard iets hoger op de hoef te zetten als het erg nat is. Ook rainrot is een veel voorkomend probleem bij nat weer. Nare bultjes en kale plekken veroorzaken dan veel ongemak en vatbaar zijn vooral paarden met een verminderde weerstand en een dikkere vacht die niet meer goed opdroogt. Werk bij de voorkoming en bestrijding van rainrot zoveel mogelijk van binnenuit om de conditie van je paard te verbeteren. En houd hem schoon; rollen in een mengsel van modder en mest is niet bevorderlijk. Een goede regendeken kan helpen. Zorg dan wel dat het onder de deken niet broeierig/zweterig wordt.

3. Te heet

Als je paard de kans krijgt te acclimatiseren kan het – mits helemaal gezond – zijn lichaamstemperatuur prima zelf regelen. Maar is het de ene dag 12 graden en de volgende 35 graden – en staat je paard nog (voor een deel) in z’n wintervacht? Dan staat hij waarschijnlijk behoorlijk te zweten en kan zijn hartslag ook in rust verhoogd zijn. De normale lichaamstemperatuur van een paard ligt tussen de 37,4 en de 38,0˚C. Tijdens warme dagen mag daar best een graadje of 2 bijkomen, maar als het oploopt tot boven de 40˚C dan kunnen organen en lichaamscellen blijvende schade oplopen. Je kunt overwegen om je paard geheel of gedeeltelijk uit z’n winterjas te scheren. En uiteraard zorg je altijd voor genoeg vers drinkwater en zoutlikstenen om je paard aan het drinken te houden. Ook het bijvoeren van een goede mineralenbrok – zodat hij weer binnenkrijgt wat hij uitzweet – is een goed idee.

 Op warme stallen kunnen ventilatoren uitkomst bieden. Die houden de lucht in beweging waardoor er afkoeling mogelijk is. Intensief rijden of longeren is nu een no-no. Geef in plaats daarvan wat minder voer en laat je paard rustig acclimatiseren. Met water afspuiten is oké, maar is het erg koud dan kan dit wel resulteren in bloedvatafsluiting. Dit wordt weer opgeheven als je het afspuiten afwisselt met lopen met je paard. De meeste paarden vinden het afspuiten van het hoofd overigens niet lekker – en ook een harde straal wordt niet gewaardeerd. Het mooist is natuurlijk als een paard zelf kan kiezen of het ‘onder de douche’ gaat: zet bijvoorbeeld eens een grassproeier in je weide en kijk welke paarden er warm voor lopen.

4. Te koud

Bescherming bieden tegen storm, regen, plotselinge kou en andere extremen is je taak als eigenaar. De combinatie van koud, nat en wind kan voor een paard zelfs dodelijk zijn. Schuilgelegenheden zijn daarom cruciaal, al is het maar een wand met eventueel een afdakje om enigszins droog en uit de wind te kunnen staan. Geef ruim voldoende ruwvoer zodat je paard met het verbranden van calorieën z’n lichaamstemperatuur op peil kan houden. En zorg dat drinkwater niet bevriest. 

Dekens met vulling zijn eigenlijk alleen wenselijk bij oudere en/of kwetsbare paarden. Bij een normale wintervacht zet het paard zijn haren overeind om het lichaam te isoleren tegen extreme hitte en kou. Regendekens kunnen uitkomst bieden, maar bij extreme wind kunnen deze ook onrust veroorzaken omdat ze rond het paardenlijf flapperen. De mogelijkheid hebben om vrij te bewegen is ook cruciaal bij het warm blijven: een speels galopje met de matties in de kou houdt ze warm en hun conditie veerkrachtig.  

(Bronnen: The Barefoot Horse Magazine, Paard en Plant e.a.)

Paarden-water
Paarden-water-1