Bianca Schoenmakers
Bianca Schoenmakers

Blog: Paardenjargon met dubbele betekenis

Nieuws

Wij, paardenmensen, bezitten naast de Nederlandse taal een complete paardenwoordenschat, die bij outsiders meestal vraagtekens oproepen. Woorden die wij doodnormaal en vanzelfsprekend vinden en direct een beeld bij hebben als iemand ze opschrijft of uitspreekt, kunnen zonder je paardenverstand soms totaal iets anders betekenen.


Dressuur: 60 minuten om je jurk aan te trekken.

Eventing: Een vaccinatie voor Eve.

Paardensport: Een van de treden van de ladder, waarmee je op je paard klimt.

Binnenbak en buitenbak: Een goede mop, die binnen of in de buitenlucht verteld wordt.

Bakrand: De grens waar een goede mop te grof wordt.

Hoefslag: Een klap van een paard.

Galop: Een aandoening waarbij de lever geen gal meer aanmaakt.

Draven: Je wordt direct bij het meer verwacht.

Stappen: Uitgaan, feesten.

Halthouden: Een jeugdcrimineel die niet van zijn straf af lijkt te komen.

Lichtrijden: Overdag paardrijden, ’s avonds doet men aan donkerrijden.

Verlichte zit: Een stoel met een lampje.

Doorzitten: Als je pijnlijke plekken op je billen krijgt.

Hoofdstel: Het echtpaar dat de leiding heeft.

Bakstuk: Een knappe man of vrouw die een goede mop vertelt.

Kopstuk: Een knappe man of vrouw die de leiding heeft in het klassement.

Teugels: Een vrouw genaamd Els, die haar drankje graag in een keer leeg drinkt.

Martingaal: Twitternaam van ene Martin Van Gaal, er hoort nog een @ voor.

Borsttuig: Vrouwelijk gespuis

Tonglepel: Een hulpmiddel om goed te kunnen zoenen.

Halster: een hemellichaam dat onder een dak te zien is.

Peesbeschermer: Een beveiliger aan de deur van een dame van lichte zeden.

Strijklappen: Doeken die altijd erg kreukelen.

Singel: Een cd of vinyl plaat waar meestal maar 2 liedjes op staan.

Singelstoot: De afbeelding van een sexy dame, die op een plaat of cd geplakt is.

Beugel: Een product om je haar in model te houden, op het moment dat je het niet meer ziet zitten.

Sporen: Tekens die je op je pad achterlaat.

Rijbroek, rijjasje, rijlaarzen: Kleding om mee in een lijn te gaan wachten.

Stapmolen: Uitgaansgelegenheid gebouwd in een molen.

Ik ben vast nog heel wat woorden met dubbele betekenis vergeten, dus roept u maar!