Tip Luc Steeghs: laat je goed opleiden als ruiter
NieuwsElke week krijg je een tip van een deskundige. Deze week is de tip afkomstig van Luc Steeghs, jeugdbondscoach springen.
“Het opleiden van paarden en ruiters vind ik zeer belangrijk. In dat opleiden vind ik het belangrijk dat mensen bewust bezig zijn met wat ze doen. Veel mensen praten bijvoorbeeld over zaken als impuls, nageven en aanleuning, maar weten niet exact wat het inhoudt. Het hapert aan de kennis en opleiding van veel ruiters. Die kennis is de basis van het hele paardrijden.
Kennis
Als ruiter moet je voldoende theoretische kennis hebben en deze kennis in de praktijk kunnen uitvoeren en aanvoelen. Laat jezelf gedegen opleiden door je de theorie kennis te maken en je goed te laten instrueren. Zorg dat je dingen wíl weten. Het waarom erachter. En dit alles onder goede begeleiding. Wil ook niet alles in één keer weten, maar stap voor stap. Ik pas mijn uitleg aan aan de leeftijdsgroep en het niveau van de ruiters en leg het stap voor stap duidelijk uit, daarnaast laat ik ze ook voelen wat de bedoeling is.
Als ik op school zit en ik bepaalde formules moet weten, dan moet ik de bijbehorende begrippen ook uit kunnen leggen. Een paard moet impuls hebben, maar wat is die impuls precies en hoe controleer ik of mijn paard voldoende impuls heeft? Impuls is de drang naar voren, opgewekt en gecontroleerd door de ruiter.
Voorwaarts
Veel mensen proberen alle controle te zoeken aan de voorkant. Ze denken dat ze controle hebben, maar hinderen het paard eigenlijk in het voorwaarts gaan. Op het moment dat je het paard te weinig van achter naar voor rijdt en te veel controle aan de voorkant zoekt, ben je eigenlijk achteruit aan het rijden. Dan denkt je paard ook niet meer voorwaarts. Daaruit ontstaan ook veel problemen in het springen. Als je te veel controle hebt en je paard niet genoeg naar voren denkt, dan kan mijn paard mij ook niet helpen indien nodig.
Aanleuning
Neem nou het begrip ‘aanleuning’. Wat is dat eigenlijk? Veel mensen denken alleen aan het plaatje en willen dat het paard de teugel aanneemt en de hals mooi buigt. Maar het moet wel functioneel blijven. Als het paard voorwaarts neerwaarts de hand volgt nadat hij met impuls nageeflijk wordt gereden, dan heb je een mooie aanleuning.”
“De pen gaat naar parcoursbouwer Henk Linders.”
