L1-proef
L1-proef

Ben jij klaar voor je eerste L1-proef?

Nieuws

Je hebt inmiddels al meer dan tien winstpunten in de B en die proefjes heb je inmiddels wel gezien. Hoogtijd om L1 te gaan starten en je eerste L1-proef te rijden. Of toch niet? We vragen het aan ervaren instructrice, jurlylid en Zware Tour-amazone Cindy Heijligers. Ze vertelt ons hoe je je het beste voor kunt bereiden op je eerste L1-proef.


Iets wat de L1-proeven typeert is toch wel het wijken. Maar wat is nou het verschil tussen een B-proef en een L1-proef? Cindy legt uit: “In een B-proef wordt het nog toegestaan als het paard iets op de voorhand komt. In een L1-proef verwachten we meer balans en horizontaal evenwicht. Dit betekent dat het gewicht meer verdeeld moet zijn over de vier benen van het paard. Het paard moet iets meer gesloten kunnen lopen, maar natuurlijk niet zoals in een Z-proef”, vertelt Cindy. “Daarnaast komt het onderdeel wijken erbij en de voltes worden kleiner. Je mag zelf kiezen of je tijdens je proef gaat lichtrijden of doorzitten.”

Oefen thuis


“Als juryleden zien we de meeste mensen de mist in gaan bij het wijken. Wijken vraagt al wat controle over de schouders van het paard. Je kunt dit thuis oefenen door te kijken of je rechtuit kunt rijden over de middellijn. Let er op dat je paard hierbij voorwaarts blijft en niet uitzwaait. Pas als je goed de controle hebt over de schouders, ben je klaar om te wijken. Zorg er tijdens het wijken voor dat je paard niet over de schouder wegloopt en voorwaarts-zijwaarts blijft gaan voor het been. Hierbij is het belangrijk dat je oefent op de controle van de schouders van je paard. Varieer thuis ook veel in de lijntjes die je rijdt, om te kijken of je deze controle hebt. Wijk bijvoorbeeld een keer van de hoefslag af of wijk maar twee tot vijf passen en rijd daarna weer rechtuit. Met het wijken op de volte kun je het paard leren zijwaarts te gaan voor je been.”

Meeschrijven met een jury


Om een indruk te krijgen hoe een jury naar een proef kijkt geeft Cindy de volgende tip: “Ga een keer meeschrijven bij een jury. Zo kijk je naar andere combinaties die in de ring verschijnen. Als je bij de jury zit kun je zien hoe een jury naar een proef kijkt. Dit kan voor jezelf erg verhelderend zijn.”

Het wijken lijken jullie helemaal onder de knie te hebben en je weet hoe een jury naar een proef kijkt. Ben je nu dan klaar voor een L1-proef? Om dit overzichtelijker te maken geeft Cindy een checklist wat jij en je paard moeten kunnen voor een L1-proef. Deze lijstjes zijn gericht op het verschil tussen een B-proef en een L1-proef. Het is dus belangrijk dat je de checklist voor een B-proef niet vergeet!

Jij kan het volgende tijdens een L1-proef:



  • Goed inschatten of je gaat lichtrijden of doorzitten.

  • Je paard goed van achter naar voren en naar de hand toe rijden voor een correct aanleuning.

  • Controle houden over de schouder van het paard in het wijken.

  • Controle houden over het tempo van het paard. Je kan enkele passen verruimen en ook weer duidelijk terug rijden naar het arbeidstempo.


Je paard kan het volgende tijdens een L1-proef:



  • Wat meer gesloten lopen, in vergelijking met een B-proef.

  • Voldoende impuls behouden tijdens de proef.

  • Voldoende ontspannen en met een soepele verbinding over de rug lopen.

  • Rechtgericht en met de juiste stelling en buiging door de wendingen en voltes lopen.


Deze checklist is voor jou en je paard eigenlijk maar ‘kinderspel’. Tijd om die L1-proef te gaan rijden! Een goede voorbereiding is natuurlijk het halve werk, maar ook tijdens je L1-proef moet je niet vergeten te blijven rijden. “Blijf ook tijdens je L1-proef rijden zoals je thuis rijdt”, vertelt Cindy. “Veel ruiters gaan extra netjes rijden als zij de ring in komen. Helaas werkt dit vaak averechts. Ruiters gaan meer vasthouden en vergeten écht te rijden. Blijf ook tijdens de proef bewust naar wat je vraagt van je paard en de reactie die hij geeft op jouw hulpen. Reageert je paard niet als je been geeft? Corrigeer dit dan een keer, zodat je naderhand de rust kunt blijven bewaren en controle houdt. Zo voorkom je dat je proef een grote overlevingstocht wordt.”

Wat ziet de jury graag in een L1-proef?


In een L1-proef heb je de keuze of je doorzit of gaat lichtrijden. Cindy vertelt daarover het volgende: “Ga niet te snel doorzitten tijdens een oefening als je paard dan impuls verliest. Blijf dan zeker lichtrijden en blijf thuis nog even oefenen op het doorzitten. Kies vóór de oefening of je gaat lichtrijden of doorzitten, wissel niet tijdens de oefening!”

Daarnaast moet je minimaal vijf meter wijken “Ik zie liever vijf goede meters dan tien meter waarvan de helft een stuk minder goed is. Het gaat er ook niet om hoe schuin het paard gaat. Het gaat erom dat je het wijken correct en voorwaarts-zijwaarts laat zien.”

En? Zijn jij en je paard er klaar voor? Twijfel niet langer en schrijf  je in voor je eerste L1-proef! Je moet tenslotte kilometers in de benen hebben en ervaring op doen. Heel veel succes en vergeet vooral niet te genieten!

Lees ook:



Bron: Bitmagazine.nl