Ben jij klaar voor je eerste M2-proef?
NieuwsEen M2-proef wordt vaak gezien als een van de lastigste proeven uit de basissport. Terecht? Misschien wel een beetje. Je hebt alle klasses tot en met het M1 al doorstaan en eigenlijk wil je nu super graag naar het Z1. Ashley Brons is internationaal Grand Prix-amazone en zij vertelt je hoe jij het beste je M2-proeven door kunt komen. Tijd om te beginnen!
Een M2-proef staat vooral bekend om twee nieuwe oefeningen: travers en keertwendingen. Dit betekent meer oefeningen die je moet laten zien in een ring van 20x40 meter. Ashley geeft gelijk toe: “Het is misschien wel negen jaar geleden dat ik mijn laatste M2-proef reed. Ik sla deze klasse liever over. Je moet veel oefeningen laten zien in een kleine bak. In het Z1 krijg je hier twintig meter meer de ruimte voor.”
Alles begint bij de basis
In elke klasse komt het weer terug en het wordt steeds belangrijker en belangrijker; de basis! Ook Ashley vertelt: “Ik zie vaak, in alle klasses, dat de basis nog niet goed is. Bij mijn eigen paarden én bij lesklanten werk ik dus altijd aan de basis. Als je basis goed is, kom je makkelijker door de oefeningen heen. Erg belangrijk als je veel moet laten zien in een kleine ring.”
‘Als ik jurylid zou zijn, zie ik liever iemand die geen perfecte travers uit kan voeren, maar wel netjes zijn paard van achter naar voren rijdt’
Ook wordt er in een M2-proef meer oprichting verwacht. “Het paard moet in een M2-proef meer richting de verzameling en oprichting van het Z1. Vaak zie ik dat paarden wel met hun hoofd bovenin lopen, maar niet los door het lijf zijn. Als ik jurylid zou zijn, zie ik liever iemand die geen perfecte travers uit kan voeren, maar wel netjes zijn paard van achter naar voren rijdt. Waarbij het paard los en ontspannen is en de ruiter het paard niet in de weg zit. Die travers en keertwendingen komen dan wel.”
Travers leren
Ashley oefent vooral de basis met haar paarden, maar ze moeten natuurlijk ook de oefening leren. Om het paard travers te leren, zorgt Ashley er eerst voor dat haar paard eerst het principe begrijpt. “In het begin zet ik ze alleen met hun kont naar binnen. Ik vraag nog geen stelling en buiging. Dat doe ik pas als ze het principe begrijpen. Soms vinden paarden het makkelijker in stap, dan leer ik ze het eerst in stap.”
Keertwending leren
Ashley leert haar paarden de keertwendingen via een volte. “Ik begin op een volte van tien meter en vraag ze hierin travers. Vanuit hier zet ik de keertwending in. Vooral in het begin houd ik mijn keerwendingen groot. Als je groot kan, kan je later altijd nog klein. Andersom niet. Het is belangrijker dat de keertwending correct wordt uitgevoerd, dan dat de keertwending klein is en het paard een been laat staan. Blijft je paard te veel terug stappen? Zorg dan dat je hem op je binnenbeen een pasje groter kunt laten stappen.
Om alles extra overzichtelijk te maken geeft Ashley ons een handige checklist. Zo kun je controleren hoe jij en je paard ervoor staan.
Checklist voor ruiter en paard
- Het paard moet meer kunnen verzamelen waardoor hij meer opwaarts gaat lopen.
- Je hebt controle over het tempo en kunt makkelijk vanuit de verzameling naar de uitgestrekte stap, draf of galop schakelen.
- In de galop heb je het paard goed op de achterhand. Dit is nodig voor de korte bochtjes die je moet draaien in contragalop.
- Losgelatenheid en ontspanning staat bij jou hoog in het vaandel. Je kunt het paard ontspannen door de proef sturen.
- Je hebt nog meer controle in de stap. De stap moet je zowel groot als klein kunnen maken en in een keertwending houdt je paard drang naar voren.
Om de stap van het paard te verbeteren geeft Ashley de volgende tip: “Een paard wat groot wilt stappen zet je terug. Daarentegen, een paard wat niet wilt stappen zet je naar voren.”
Erg belangrijk: blijf vooral ademen!
“Soms zie ik mensen blauw aanlopen tijdens hun proef. Ze komen de ring binnen en het ziet er eigenlijk heel leuk uit. Maar na twee rondjes verstijft de ruiter langzaam en de rest van de proef gaat op standje overleven”, vertelt Ashley een beetje lachend. “Neem je momenten tussendoor. Zet je paard bijvoorbeeld in de hoek even terug of aan het been. Pak je dode hoeken en loze momenten om weer even te schakelen of om je paard recht te zetten. Durf iets te doen, en oja, blijven ademhalen dus!”
Lees ook:
Bron: Bitmagazine.nl
