Winter: Feiten & fabels
NieuwsEr zijn talloze tips en wetenswaardigheden om je paard goed door de koude wintermaanden te loodsen. Maar welke van deze ‘winterweetjes’ zijn waar en welke kunnen naar het rijk der fabelen worden verwezen? Medisch sportfysioloog Eric van Breda weet raad.
Paarden mogen absoluut geen ijskoud water drinken.
FABEL “Er is geen enkel wetenschappelijk bewijs dat het drinken van koud water slecht is voor paarden. Wel is het zo dat als je iets drinkt dat niet prettig voelt, je minder gaat drinken. Dit kan ook gelden bij paarden. Bovendien hebben zij voor de vertering van ruwvoer veel vocht nodig, dus minder drinken kan ook voor minder voeropname zorgen.”
Warme slobber in de winter is lekker voor je paard.
FEIT “Zeker bij vriesweer en als paarden buiten staan, kan het prettig voor de dieren zijn om iets warms binnen te krijgen. Het is te vergelijken met mensen die erwtensoep eten op de ijsbaan.”
Bevroren voer (zoals winterwortelen) veroorzaakt koliek.
FABEL “Voor deze stelling bestaat geen bewijs, maar je kunt je voorstellen dat als mensen wortelen uit de diepvries eten, dat minder smaakvol is dan verse wortelen. Dat zou dus ook voor paarden zo kunnen zijn.”
Strooizout in de bak is slecht voor je paard.
FEIT “Strooizout kan twee nadelige gevolgen hebben. Ten eerste zal zout alleen de bovenste laag sneeuw-/vorstvrij maken en is de bodem enkele centimeters dieper nog hard. De krachten die van het paard door de normale bodem worden opgevangen ‘kaatsen’ door een harde bodem terug en dat kan leiden tot meer blessures. Een ander nadelig gevolg is dat zout mild agressief is en de hoeven gevoeliger maken.”
Paarden worden in de winter eerder depressief of gaan stalondeugden vertonen.
FABEL “Paarden hebben een dag-en-nachtritme dat door seizoenen wordt beïnvloed. In de winter is het langer donker, maar als paarden voldoende daglicht en beweging krijgen in de paddock of wei zal het paard niet depressief worden of stalondeugden gaan vertonen.”
Als het koud is moet je paarden langer losrijden.
FEIT “Dat is inderdaad aan te raden, maar vooral om het bewegingsapparaat van de benen dat het meest bloot staat aan kou (weinig isolatie) voor te bereiden op de arbeid.”
De hoeven insmeren met hoefvet voorkomt ‘sneeuwklompen’ in de wei.
FABEL “Vet en water ‘stoten’ elkaar inderdaad af, maar het weinige vet dat je onder de hoeven smeert zal nauwelijks opgewassen zijn tegen de overmacht van de hoeveelheden sneeuw.”
Een bal of houtblokje in de waterbak voorkomt bevriezing.
FEIT “Net als een stuk piepschuim een wak in een vijver kan openhouden, heeft het zeker zin om een bal of houtblokje in de waterbak te leggen om te voorkomen dat het water bevriest. Controleer wel dagelijks of het water nog dooi en goed bereikbaar is voor de paarden.”
Bij temperaturen onder nul moet je het paard een deken opdoen.
FABEL “De thermo-neutrale zone van ongeschoren paarden (waarbij ze niet gaan zweten van de hitte of rillen van de kou) ligt tussen de -5 en 18 graden. Daaronder zullen de normale fysiologische mechanismen om de lichaamstemperatuur op peil te houden gaan werken en is een deken nog niet nodig. Eigenlijk hoeven ongeschoren paarden in Nederland nooit een deken op. Geschoren paarden kan je vanaf 10 graden een deken opdoen. Soms kan een deken wel nuttig zijn om de paarden niet te vuil te laten worden.”
Als het vriest moet je paarden meer krachtvoer geven om warm te blijven.
FABEL “Beter is het om je paard in plaats van meer krachtvoer, meer ruwvoer te geven. Om ruwvoer te verwerken wordt de stofwisseling aan het werk gezet en dat geeft meer warmteproductie.”
Lees over het verschil tussen zomer en winter.
Bron: Bit 222
