160225015_ABFweb
160225015_ABFweb

4 uitdagende springoefeningen met drafbalkjes

Nieuws

Heb je zin om in de kerstvakantie met drafbalkjes aan de slag te gaan, maar heb je geen idee wat je in de bak moet wegzetten? Of je nou een echte dressuurruiter bent of fanatiek springt: laat je inspireren door deze vier leuke springoefeningen met drafbalkjes!



1. Voltes over rijtjes


[caption id=”attachment_103139” align=”alignright” width=”267”] Oefening 1: Voltes over rijtjes. Afbeelding: Bit Magazine.[/caption]

Waarom?


Met deze oefening wissel je af tussen wenden en rechtuit rijden, terwijl je een gelijk ritme en tempo aan blijft houden. Het is een goede oefening voor paarden die het moeilijk vinden om afwisselend in te buigen en recht te stellen of paarden die ongeduldig worden bij het springen. Het is daarbij ook een leuke oefening voor ruiters die niet zo van springen houden, maar wel graag willen gymnastieken met balkjes!

Wat?


Leg twee rijtjes van drie drafbalken in het midden van de rijbak. Leg de balken zo weg dat je paard er in een arbeidstempo overheen kan draven. Voor de meeste paarden ligt dat ergens tussen de 1,10 en 1,30 meter. Leg de twee setjes ongeveer 9 meter van elkaar af.

Hoe?


Stuur je paard over het eerste rijtje balken, waarna je meteen een volte inzet. Die volte mag je naar links of naar rechts draaien. Kom nog een keertje over het eerste rijtje balken heen en rij door naar het tweede rijtje. Maak opnieuw een volte, nu in de andere richting dan je eerste volte. Kom opnieuw over de tweede rij balkjes heen. Rij vervolgens rechtdoor richting de hoefslag. Herhaal de oefening en wissel de richting van je voltes om en om af.

2. Spelen met paslengte over drafbalkjes


[caption id=”attachment_103191” align=”alignright” width=”267”] Oefening 2: Spelen met paslengte over drafbalkjes. Afbeelding: Bit Magazine.[/caption]

Waarom?


Een leuke, simpele oefening die je supersnel weg kunt leggen. Het is een leuke manier om controle te krijgen over de lengte van de passen van je paarden tussen de obstakels. Wil je de oefening nog wat spannender maken, dan kun je de afstand aanpassing voor galop of de balkjes vervangen voor cavaletti.

Wat?


Leg twee balken langs de rand van de bak op ongeveer 15 meter afstand. Plaats nog twee haakse balken in het midden van de bak, zoals op het plaatje is aangegeven.

Hoe?


Draaf in een arbeidstempo over de twee buitenste balken. Tel hoe veel passen je maakt tussen de balken. Verander vervolgens van hand over de losse balk. Rij nogmaals over de twee balken heen, terug in de richting waar je vandaan kwam. Verander opnieuw van hand over de andere losse balk.

Lukt deze oefening na een paar keer goed, probeer dan de paslengte tussen de buitenste twee buitenste balken aan te passen. Stuur over de buitenste balken heen, maar deze keer met een kortere drafpas. Tel daarbij hoe veel extra passen je hebt gemaakt. Neem weer een arbeidsdraf aan en verander van hand over de losse balk. Rij nogmaals over de twee balken heen, terug in de richting waar je vandaan kwam. Probeer deze keer de passen tussen de balken te verruimen. Tel opnieuw hoe veel - of weinig - passen je maakt. Verander opnieuw van hand over de andere losse balk om de oefening af te ronden.

3. Drafbalkjes op de volte


[caption id=”attachment_103196” align=”alignright” width=”267”] Oefening 3: Drafbalkjes op de volte. Afbeelding: Bit Magazine.[/caption]

Waarom?


Drafbalkjes op de volte is een leuke afwisseling op gewone drafbalkjes rechtuit. Je paard leert zijn passen correct aan te passen, zonder daarbij buiging in zijn lichaam te verliezen.

Wat?


Leg je drafbalkjes in een waaier op een grote volte: hoe veel balkjes maakt niet uit. Zorg ervoor dat de afstand tussen het midden van de balkjes steeds gelijk is. Wil je zeker zijn dat je balkjes op een perfecte volte liggen? Vraag dan aan iemand om in het midden van de bak te gaan staan met een longeerlijn, terwijl jij het uiteinde van het touw vastpakt. Loop een volte door de bak en sleep daarbij met je voet een lijn in het zand. Leg vervolgens de balken weg, waarbij je het midden van de balk loodrecht op de markering plaatst.

Hoe?


Draaf in een arbeidstempo over de balken. Laat je niet van je stuk brengen door de balkjes: blijf je concentreren op het maken van een perfecte volte. Je paard moet er bij deze oefening zelf voor zorgen dat de lengte van zijn passen klopt. Rij de volte van beide kanten, zodat je je paard evenredig belast. Heb je de oefening op de grote volte onder de knie? Leg de balken dan in een kleinere volte weg, bijvoorbeeld in eentje van 10 meter.

4. De zigzag in draf


[caption id=”attachment_103203” align=”alignright” width=”267”] Oefening 4: De zigzag in draf. Afbeelding: Bit Magazine.[/caption]

Waarom?


Bij deze oefening draait alles om ritme. Probeer iedere balk en iedere ‘volte’ op dezelfde manier te benaderen. Hoe beter je ritme, hoe vloeiender je door de oefening rijdt! Dit patroon ziet er makkelijker uit dan hij is: het vergt aardig wat oefening. De gevorderde ruiter rijdt de oefening in galop, waarbij je boven iedere balk van galop wisselt.

Wat?


Leg vijf balkjes in een zigzag op de middenlijn. Wil je de oefening wat uitdagender maken? Vervang de balkjes dan voor cavaletti.

Hoe?


Draaf over alle balkjes heen zoals aangegeven op het plaatje. Draai na iedere balk een ‘volte’ en kom daarna weer keurig in het midden van de volgende balk uit. Probeer deze allemaal zo evenwijdig mogelijk te maken, terwijl je éénzelfde tempo en ritme aanhoudt. Gaat de oefening je zowel links- als rechtsom goed af? Probeer hem dan in galop!

Bron: Bitmagazine.nl, ‘101 Jumping Exercises for Horse & Rider’.
Oefening1
Oefening2
Oefening3
Oefening4