edi bit
edi bit

‘Meer ruwvoer voeren betekent meer managen’

Welzijn

“Vaart het schip lekker op koers dan valt dat nog niet zo op, maar als het gaat stormen en er moeten zeilen bijgezet worden, dan is er wel degelijk werk aan de winkel. Kijken en bijsturen. Het is met paarden voeren eigenlijk precies zo. Toch lijken veel paardenbezitters de voermanager in zichzelf nog niet gevonden te hebben.” Lees de editorial van hoofdredacteur Dorien van Dijk, deze editie van Bit kun je als abonnee hier lezen. 

Doordat ‘kijken en bijsturen’ nog geen ingesleten patroon is, blijft de paardenvoedingsindustrie vooralsnog gevoelig voor hypes. Vaak is de intentie aan de basis van zo’n hype helemaal niet zo slecht, maar het ontbreekt bij de uitvoering aan beleid. Zo ook bij de verstrekking van onbeperkt ruwvoer.

Paardeneigenaren willen hun paard zo natuurlijk mogelijk voeren en zien daarbij grazige groene velden voor zich, waarin een kudde wilde paarden onder een stralend zonnetje zich tegoed doet aan lange stengels gras. In de praktijk leefden veel wilde paardenkuddes in steppeachtige gebieden, waar het soms lang lopen was om een groene grasspriet tegen te komen. Onderweg moesten ze genoegen nemen met boomschors, takken en struiken. Tussen het idyllische droombeeld van ‘hapje-stapje’ en de harde werkelijkheid, zaten soms urenlange wandelingen.

Gelukkig hebben onze paarden het nu makkelijker en zijn we steeds beter gaan kijken naar de natuurlijke behoeften. Meer ruwvoer, minder krachtvoer werd het motto. Liever nog: onbeperkt ruwvoer! Inmiddels zijn we in Nederland heel veel dikke paarden rijker en blijkt dat je niet zomaar alle paarden onbeperkt ruwvoer kunt geven. Wat nu?

Meer ruwvoer voeren betekent meer managen. In alle opzichten. En dat is best lastig. Er hangen geen labels aan de hooibalen die je vertellen wat de voedingswaarde is. Aan het testen hangt een prijskaartje en het feit dat de voedingswaarde in theorie van elke baal weer anders kan zijn, moedigt het testen van ruwvoer ook niet erg aan, zo blijkt onder een enquête die ruim 1500 Bit-lezers hebben ingevuld. Slechts 9% van de ondervraagden gaf aan het ruwvoer van zijn of haar paard te laten analyseren.

Uit de enquête blijkt ook dat bij 75% van de ondervraagden de paarden ’s nachts meer dan zes uur zonder ruwvoer moeten doorbrengen. Van deze paarden blijkt zelfs 12% 12 uur of langer op een houtje te moeten bijten. Onbeperkt ruwvoer geven, blijkt dus vaak nog een theoretisch verhaal. Als reden hiervoor wordt opgegeven dat vaker voeren niet haalbaar is of dat het paard in kwestie anders te dik wordt.

Het ideale hooi moet het liefst afkomstig zijn van onbemest land. In de basis niet zo’n gekke gedachte, omdat veel gras in Nederland te rijk is aan voedingsstoffen voor onze paarden. Volledig onbemest gras daarentegen kan te weinig voedingsstoffen bevatten, waardoor je paard eiwitten, mineralen en sporenelementen tekort kan komen. Ja, helaas, ook dit moet je onderzoeken. Kijken en bijsturen. En nu we toch bezig zijn, hoe hoog staat jouw paard in de rangorde van de kudde? Dit kan het verschil maken dus een riante maaltijd en je tevreden moeten stellen met de restjes.

Een optimaal dieet samenstellen voor je paard bestaat uit meer dan wat natte vingerwerk: management dus. Eén lichtpuntje: de slowfeeder lijkt zijn plaats in het Nederlandse paardenvoermanagement te hebben verworven. Nu de ruwvoertest nog, al lijkt het voor de hand liggender om een baal hooi vóór verkoop van een label met voedingswaarden te voorzien.