Wat te doen als je paard ‘stout’ is?
NieuwsIedere ruiter weet dat niet altijd alles gaat zoals gepland, als je met paarden werkt. Een bokkend, steigerend, wegschietend paard onder je is geen pretje. Horselistening zette enkele tips voor je op een rijtje om de controle weer terug te krijgen.
Let op: we gaan er vanuit dat het paard geen fysieke of mentale pijn heeft, wat dit gedrag veroorzaakt. Zoek de fout altijd bij jezelf en sluit pijn en ongemak bij het paard uit. Werk altijd vanuit het belang van het paard en reageer je emoties niet op hem of haar af. En vergeet niet: veiligheid voor alles!
Dit kun je doen om de controle weer terug te krijgen:
1. Blijven zitten
Het is erg verleidelijk om af te stijgen en de handdoek in de ring te gooien als je paard wild in het rond begint te springen en niet meer op jou reageert. Probeer toch te blijven zitten zolang dit veilig is. Afstappen kan bij sommige paarden het gedrag een volgende keer verergeren, omdat je hebt toegegeven aan zijn gedrag. Blijf rustig doorrijden en ga zo goed als mogelijk door met waar je mee bezig was. Probeer nuchter en neutraal te blijven en laat je niet meeslepen door emoties.
2. Blijf kalm
Niets laat duidelijker zien dat je geen leider bent dan de controle over je emoties verliezen. Als het paard bang of gespannen is zullen jouw (negatieve) emoties dit alleen maar versterken. Keep calm and keep riding!
3. Vraag nogmaals
Heb je het idee dat jouw paard je niet begrijpt of niet goed reageert op je hulpen? Vraag het dan rustig nogmaals. Consequent en kalm blijven zal zorgen dat je in veel situaties de controle behoudt.
4. Verander van onderwerp
In sommige gevallen is het beter om iets anders te vragen van je paard. Als je het paard er iets meer doorheen vraagt en je krijgt enkel meer verzet, skip dit dan even en focus je op iets anders. Ga bijvoorbeeld even galopperen of vraag een laterale oefening. Iets anders van het paard vragen geeft het paard een ander gevoel en iets nieuws om zich op te concentreren.
5. Voorwaarts
Steigeren, bokken, opzij springen: dit begint allemaal met een gebrek aan voorwaartse drang. Als je het paard toestaat op zijn initiatief langzamer te gaan, geef je hem de kans creatief te worden. Zorg dat je paard zo goed aan de hulpen staat dat hij onmiddellijk op een lichte kuitdruk reageert. Houd hem in beweging. Dit kan veel situaties oplossen voordat ze ook maar een kans gehad hebben zich te ontwikkelen.
6. Een recht paard
Wanneer je de controle lijkt te verliezen focus je dan op het rechtrichten van het paard. De onbalans die het paard ervaart zodra hij niet recht is kan zich uiten in ongewenst gedrag. Doe je best om het paard aan te moedigen recht te blijven in zijn lijf en zijn benen onder zijn lijf te plaatsen.
7. Neem de tijd
Dit is het moment dat koppigheid nuttig blijkt. In sommige gevallen zul je het paard moeten laten blijken dat jij blijft rijden, ongeacht de hoeveelheid obstakels die hij je biedt.
8. Weet wanneer je moet stoppen
Koppigheid is één ding, maar weet ook wanneer het verstandig is te stoppen. Zodra je een goede, positieve reactie van je paard krijgt op datgene wat je vraagt: stop onmiddellijk.
Wat doe jij als het rijden niet gaat zoals gepland?
Bron: Horselistening
