Hersenbeschadiging leidt tot kramperigheid
Nieuws
Meestal is de hoefsmid de eerste die kramperigheid ontdekt. Als een achterbeen wordt opgetild, trekt het paard het op naar zijn buik en begint ermee te trillen. Professor Stephanie Valberg, van de universiteit van Minnesota, onderzocht dit verschijnsel.
“Eigenlijk weten we er nog weinig van”, begint de Amerikaanse professor Stephanie Valberg, die op de universiteit van Minnesota onderzoek doet naar de aandoening. Kramperigheid lijkt vooral voor te komen bij grotere, zwaardere of klassiek gebouwde paarden. Bij pony’s wordt het nooit gezien. Het is zeker niet nieuw. In een veterinair handboek uit de jaren zestig staat dat het een algemeen voorkomend probleem is. Kenmerkend is het spastische optillen van één of beide achterbenen, dat daarna gaat trillen. Na enkele seconden tot soms wel minuten trekt het spasme weg en wordt de voet langzaam op de grond gezet. Als het één been betreft, is dat vreemd genoeg vaak het rechterachterbeen. Maar vooral achterwaarts gaan vormt een probleem, doordat het paard niet verder lijkt te kunnen of de achterbenen naar achteren worden gestrekt. Vaak trilt of zwaait een kramperig paard met zijn staart. In tegenstelling tot paarden met hanentred, waarbij het been in beweging hoog naar de buik wordt getrokken, lopen kramperige paarden op het oog normaal voorwaarts.
Wanneer is er sprake van kramperigheid
“Wij praten pas over kramperigheid als dat achterwaarts gaan niet lukt. Er zijn namelijk tal van andere redenen waarom het optillen van een achterbeen soms reactie geeft. De diagnose is vaak lastig te stellen, omdat het probleem zich niet altijd voordoet of verschilt in hevigheid. Het is niet vast te stellen aan de hand van een bloedproef of spierenzymen waarde. Het wordt vaak verward met knieschijfproblemen of beschadigingen in de broekspieren. Ook bepaalde gevallen van vergiftiging geven dit soort klachten.”
Professor Valberg geeft aan dat kramperigheid meestal pas vanaf zeven jaar wordt gezien. Het kan echter eerder voorkomen. Het verergert langzaam, vaak tot een punt dat het beslaan of bekappen van de achterbenen een groot probleem wordt. Dat lukt dan alleen nog als een paard wordt verdoofd of steun kan zoeken tegen een muur aan de zijkant.
Cerebellum
Het fascineerde de professor dat kramperige paarden zo angstig leken, als hun probleem zich voordeed. Van hanentred is bekend dat er een overmatige zenuwprikkeling plaatsvindt. Maar dat veroorzaakt geen stress. Het leek dus alsof er iets anders aan de hand was. Valberg liet sectie verrichten op enkele kramperige paarden, waarbij het hele lichaam minutieus werd onderzocht. “Dat was echt een monnikenwerk. Uiteindelijk vonden we bij alle paarden scheurtjes in het hersengedeelte dat cerebellum heet, zeg maar een vorm van ‘hersenataxie’. Dat verklaart veel. Het brein is een complex orgaan, met veel specialistische functies. Sommige bewegingen, met name snelle herhaaldelijke ritmische patronen, gaan min of meer automatisch. Maar er zijn bewegingen die iets meer denkwerk en aansturing vragen. Dat gebeurt in het cerebellum. Het gedeelte waarin wij de beschadigingen vonden, speelt een rol bij het voor het paard niet natuurlijke achterwaarts gaan. Dat is een aangeleerde beweging, die ze in de natuur nauwelijks maken, want dan draaien ze om. Om dat uit te voeren moet het paard nadenken, terwijl voorwaarts bewegen automatisch gaat. Dat verklaart waarom sommige kramperige paarden toch hoog scoren in de dressuur.” Een onderzoek naar de zenuwactiviteit als spieren aan- en ontspannen heeft echter aangetoond dat het ook afwijkingen zijn in de aansturing bij het voorwaarts gaan. Maar kennelijk is die beweging zo’n automatisme, dat het effect klein is.
Paniekreactie
De angst die optreedt in de krampfase is volgens de professor verklaarbaar. “Het paard geeft via zijn hersenen een opdracht aan zijn achterbenen, maar door de beschadiging komt die boodschap niet normaal door. Hij wil het wel, maar het lukt niet, zijn benen doen niet wat hij wil. Dat geeft paniek, helemaal voor een vluchtdier. In ernstige gevallen kan een paard soms niet op commando achterwaarts. Daarom kan op die manier een trailer moeten uitlopen grote stress veroorzaken. Datzelfde geldt voor het omhoog houden van een been als de hoefsmid dat vraagt. Het is natuurlijk funest om een paard op zo’n moment te straffen. Toch gebeurt dat vaak, omdat wordt gedacht dat hij stout is of niet luistert. Je kunt je voorstellen dat dat de paniek alleen maar vergroot.”
Vermijd stress
Wat de beschadiging in het cerebellum veroorzaakt, is niet duidelijk. Daarvoor is nog veel meer onderzoek nodig, waar professor Valberg zich de komende jaren mee gaat bezighouden. “Omdat het zich bij bepaalde rassen en bloedlijnen meer voordoet, lijkt er een mate van erfelijkheid mee te spelen. Maar dat moeten we nog verder uitzoeken. Als we de verantwoordelijke genen kunnen identificeren, kan het eruit gefokt worden. Grote paarden hebben vaker last van kramperigheid. Het is mogelijk dat de lengte van de zenuwbanen van invloed zijn. Signalen die een lange weg moeten afleggen worden mogelijk meer verstoord, waardoor symptomen van kramperigheid ernstiger tonen.” Er wordt in de veterinaire wereld ook gespeculeerd over de invloed van bepaalde virusinfecties, die mogelijk een rol kunnen spelen.
Niet te genezen
Wel duidelijk is dat het niet te genezen is. “Helaas niet nee. Uit verhalen van eigenaren lijkt het dat bij de helft van de paarden de aandoening verergert en bij de andere helft nauwelijks. De snelheid waarmee het achteruit gaat verschilt ook, van vele jaren tot slechts één jaar. Maar je kunt met goed management wel verschil maken. Veel beweging, training en oefeningen doen met de achterbenen heeft bijvoorbeeld een duidelijk effect. Misschien omdat je de zenuwbanen dan blijft prikkelen om actief te blijven of dat er nieuwe worden gevormd als de bestaande niet goed functioneren. Zulke paarden zijn ook veel beter af als ze in de wei lopen dan op stal.” Ze vult aan dat een gebalanceerd rantsoen met veel vet en weinig koolhydraten, vooral voldoende antioxidanten en vitamine E, belangrijk is voor het neurologische functioneren. “En het is erg belangrijk om stress te vermijden. Dus zorg voor een trailer of vrachtwagen waar hij vooruit uit kan. Zoek een geduldige hoefsmid met begrip voor het probleem. Word nooit boos als het even niet lukt. We weten niet op wat voor manier dit allemaal van invloed is op het vertragen van de aandoening. Daar hopen we in de komende jaren antwoorden op te vinden.”
Bron: Bit 233