Het verschil tussen ‘los’ en ‘lang’

Nieuws

Uiteraard willen we allemaal een paard dat lekker licht is aan de voorkant. Een zacht contact, op twee teugels evenveel, zonder dat hij aan je hangt of op je leunt. Hoe bereik je dat? Daarvoor moet je het verschil weten tussen ‘los’ en ‘lang’. Tessa van Daalen legt het je uit.


‘Voor trekken zijn er twee nodig’, zei oud-springbondscoach Wim Bonhof ooit tegen me. Oftewel, als jij blijft trekken, doet je paard dat ook. Je denkt misschien dat je niet kunt loslaten, omdat hij anders op zijn neus ploft. Maar je kunt er wel een begin mee maken. Daarbij gaat het om druk verminderen zónder dat je teugel of je paard langer wordt.


Een paard leunt als hij op de voorhand gaat, omdat hij zichzelf achter niet genoeg draagt. Te lange teugels zorgen ervoor dat hij nog meer gaat hangen, dus dat is niet goed. Kortere teugels betekenen niet automatisch dat je meer druk hebt.


Klapdeur


Ik probeer teugelvoering vaak uit te leggen als een klapdeur aan de voorkant, die open veert. Charlotte Dujardin omschreef het als een boodschappenkar die je voor je uit duwt. Je werkt dus van je af met je handen. Maar nooit zover dat je de verbinding verbreekt. Het is niet toegestaan dat het paard vervolgens de teugels uit je handen trekt, harder gaat (minder druk is niet de hulp voor voorwaarts) of voorover op de voorhand duikt. John Lassetter in Engeland zei altijd dat ik me moest voorstellen alsof de teugels stokjes waren, waarmee ik het hoofd van me af duwde. Maar het evenwicht mag niet veranderen naar voorover.


Hefboom


Er zit een groot verschil tussen ‘los’ en ‘lang’. Druk verminderen zegt niets over de lengte van je teugels of hoe lang je paard is. Als je letterlijk loslaat, wordt hij langer en in die houding gaan paarden die onvoldoende achter dragen juist op je handen leunen.


Heb je veel druk, probeer die toch steeds even te verminderen. Het is een uitnodiging om jou te volgen, om ook licht te worden. Doet hij dat niet, laat hem niet de teugels uit je handen trekken of zijn hals zo lang maken dat het paard als een hefboom tegen je wordt gebruikt. Het gaat om lichter, niet om langer. En dat zonder het contact te verbreken. Als jij nooit loslaat, blijft het een touwtrekwedstrijd. Herhaal, herhaal, herhaal, tot hij je hand wel volgt. Ook al duurt dat een paar weken.


Vluchtdier


Een licht contact voelt fijn. Maar er moet wél verbinding en aanspanning zijn van achter tot voor. Als een paard vóór loslaat uit angst voor pijn, bijvoorbeeld door hardhandig gebruik van een bit of een hulpteugel, of als jij zo loslaat dat de teugel klappert, dan is de communicatie verbroken. Je krijgt die verbinding door de achterbenen van je paard te activeren. Vang die energie aan de voorkant op.


Streef ernaar om die verbinding licht te maken. Want hoe minder een vluchtdier zich belemmerd voelt, hoe leuker hij het met jou vindt. Het voordeel is ook dat hij veel gevoeliger is voor lichte hulpen, dus als je eens wat wil, komt dat beter door. Natuurlijk is het de bedoeling dat hij nageeft. Maar daartoe is hij echt eerder bereid als jij steeds aanbiedt om zacht te worden. De sympathieke Duitse amazone Uta Gräf zegt altijd: als je een sensibel paard wilt, moet je een sensibele ruiter zijn.


  • Als jij blijft trekken, doet je paard dat ook
  • Kan je druk verminderen zonder dat je paard langer wordt?
  • Een flapperende, los-vaste verbinding met de mond is onvriendelijk
  • Een korte teugel is niet automatisch een strakke teugel, een lange niet altijd een zachte verbinding

Paardrijden voor je Plezier


In het boek Paardrijden voor je Plezier geeft Tessa van Daalen tips van bekende ruiters en trainers. Het staat vol praktische oplossingen, waarmee je de band met je paard verbetert. Het is verkrijgbaar via www.mediaboek.nl


Wil jij dit boek winnen? ………….