140818026_ABFweb
140818026_ABFweb

Bijtgrage paarden

Nieuws

Als een paard aan je jas knabbelt omdat je hem aan het aaien bent, dan is dat nog wel gezellig. Zodra hij echter in je arm hangt, wordt het toch iets minder leuk. Bijtende paarden krijgen vaak het stempel ‘dominant’. Dit is in de meeste gevallen niet terecht. Maar waarom bijten sommige paarden dan? En kan je daar iets tegen doen? Gedragstrainer Paula van de Geest legt het uit in dit artikel.


Basisbehoeften


Als een paard iets tekort komt in zijn basisbehoeften dan raakt hij gefrustreerd. Bijten kan een uiting zijn van deze stress. Je kunt hierbij denken aan paarden die vanuit hun stal, met de oren plat in de nek, alle voorbijgangers proberen te bijten. Het gebrek aan rust op stal kan dit bijtgedrag veroorzaken, maar ook een tekort aan ruwvoer of sociaal contact kunnen voor dit gedrag zorgen. Bij paarden in een kudde zie je soms ook veel bijtgedrag. Paarden gaan elkaar over het algemeen echter liever uit de weg dan dat ze de aanval kiezen. Bekijk dus goed of ze wel voldoende ruimte hebben.


Lichamelijk ongemak


Bijten komt ook veel voor bij paarden die pijn of ongemak ervaren. Denk aan paarden die bijten tijdens het opzadelen en aansingelen. Of paarden die niet eens aangeraakt of gepoetst willen worden. Bij dit soort gedrag moeten altijd je alarmbellen gaan rinkelen! De oorzaak kan verschillen: verstrakkingen in het lijf, slecht passend zadel, problemen met het gebit, maagzweren etc. Het kan ook zijn dat een paard nog wel bijtgedrag vertoont, maar geen pijn of ongemak meer heeft. Het paard was bijvoorbeeld erg strak in zijn lijf en dit is verholpen, maar het paard ‘denkt’ nog steeds dat aansingelen pijn doet. In dat geval kun je het paard gaan leren dat hij kan ontspannen tijdens het opzadelen. Zorg altijd dat je pijn en ongemak uitsluit voordat je bijtgedrag gaat afleren.


Grenzen opzoeken


Bij jonge paarden, met name hengsten en ruinen, zie je vaker bijtgedrag dan bij merries. Dat is niet zo gek, want in de natuur moeten hengsten soms knokken voor een plekje in de kudde of voor een merrie. Het is dus heel nuttig als ze dit alvast op jonge leeftijd spelenderwijs leren. In de omgang met mensen kan dat echter wat vervelender zijn. Belangrijk is dat je een paard in dit geval duidelijke grenzen meegeeft, zodat hij leert dat dit speelse bijtgedrag door jou niet op prijs wordt gesteld. Dat mag hij lekker met zijn vrienden doen. 


Trainen


Als het bijtgedrag van je paard niet voortkomt uit stress of pijn, dan kan je hem gaan trainen. Daarbij is van belang dat je gedurende de training afstand houdt. Als je dichtbij het paard gaat staan, lok je het bijten namelijk uit en zul je juist in een ‘gevecht’ raken. Dat is geen training. Zorg ervoor dat er altijd genoeg afstand is tussen jullie, zowel in stilstand als in beweging. Als het paard je niet kán bijten, zorgt dat voor ontspanning bij jullie beiden. Daarbij is het ook nog eens een respectvol gebaar: hij mag jouw comfortzone niet in, dus blijf dan ook uit die van hem.


Je kunt ervoor kiezen om met een lange leadrope te werken. Het uiteinde kan je gebruiken om tussen jou en het paard in te zwaaien om de afstand te bewaren. Dit doe je alleen als het paard dichterbij komt of wil bijten. Verder blijf je ontspannen. Ga vervolgens oefenen met netjes meelopen, stoppen, achterwaarts etc. Zorg ervoor dat de afstand tussen jullie gelijk blijft. We hebben vaak de neiging om in gevecht te gaan met het paard. De kunst, en wellicht ook het tegenstrijdige, is dat dit het probleem niet verhelpt. Rust, duidelijkheid en afstand; dat zijn de sleutelwoorden. Laat je paard agressief, aanvallend gedrag zien? Ga niet zelf puzzelen, maar vraag een gedragstrainer of andere deskundige om je hierbij te helpen.


Bron: Bitmagazine.nl

150309300_ABFweb