Belonen
Belonen Foto: Arnd Bronkhorst | Arnd.nl

Vijf irritante trekjes die veel ruiters hebben

Fun Opvallend

Als ruiter doe je natuurlijk je uiterste best om zo goed mogelijk te rijden en voor je paard te zorgen. Toch sluipen er zo nu en dan wat irritante trekjes in je gedrag, waarvan jij je misschien niet eens bewust bent. Dat kan de beste ruiters overkomen! 

Lees deze lijst dus door en kijk eens kritisch naar je eigen gedrag. Wat valt er nog aan te verbeteren?

1. Schouderklopje als beloning

Je ziet het zowel op de manege als op internationale concoursen: ruiters die na een geslaagde ronde voorover buigen en hun paard eens stevig op de hals kloppen. 

Goedbedoeld, maar onnodig: de huid van je paard is zo gevoelig dat hij een vliegje al voelt zitten. Zo’n schouderklopje komt dus misschien wel over als die vrolijke oom op verjaardagen die je bij elke mop die hij vertelt een stomp tegen je bovenarm geeft. Au! Voor je paard is het bovendien tegenstrijdig: je paard heeft geleerd dat het moet wijken voor druk en dat een tikje van jouw been of zweep al om reactie vraagt, maar als hij bij het schouderklopje gaat rennen is dat vast niet de bedoeling... 

Het is veel vriendelijker en duidelijker om je paard te belonen door hem over zijn hals te aaien of door zijn manen te kriebelen.

2. Luide stem

Of je nu beloont, straft of een stemhulp geeft: je paard verstaat je zelfs als je fluistert. Het is dus nergens voor nodig om door de hele ring te roepen dat hij ‘zo bráááf!’ is. Jouw luide stemhulpen kunnen andere ruiters en paarden afleiden bij hun training. 

En hoewel je soms niet kan voorkomen dat je een gil slaakt als een paard er vandoor gaat, maakt dat de situatie vaak nog erger: een paard kan van het harde geluid nog eens extra schrikken. Probeer je stemgeluid dus tot een minimum te beperken, je paard heeft niet voor niets een gevoelig gehoor.

3. Het probleem afschuiven op het zadel/hoofdstel/de hoefsmid, enz.

Natuurlijk is het bij een rijprobleem belangrijk om uit te sluiten dat het wordt veroorzaakt door slecht passend harnachement of een probleem in de hoeven. Is dat in orde, maar blijft het probleem bestaan? Kijk dan eens eerlijk naar je eigen rijstijl, houding en zit. 

Het paard weerspiegelt in grote mate hoe jij rijdt: als jij bijvoorbeeld uit balans zit, kan je paard ook niet recht lopen. Schakel een goede instructeur in en ga samen aan de slag.

4. Koppigheid

Jij rijdt al twintig jaar op deze manier, dus dat is sowieso de beste manier. Geen discussie mogelijk. Je stalgenoten die anders rijden, geef je dan ook graag wat (ongevraagd) advies om op jouw manier te leren rijden... 

Er is in principe niets mis met een rijstijl vinden waarbij jij en je paard zich het beste voelen, maar bijt je er niet in vast. Dat het voor jullie werkt, betekent niet dat alle andere rijstijlen verkeerd zijn. Misschien valt er buiten jullie vaste kader nog een heleboel leuks en nieuws te leren.

5. Rijbaan-terreur

Op het laatste moment in de ankers moeten, omdat de combinatie vóór je besluit halt te houden op de hoefslag. Je figuur niet kunnen afmaken omdat een andere ruiter zonder duidelijke richting over het midden slentert. 

Grr! Op een drukke pensionstal of rijvereniging is een lege rijbak vaak meer een luxe dan een gegeven. Het is dan ook absolute noodzaak dat iedereen zich aan de standaard rijbaanregels houdt: linksom heeft voorrang, net als de ruiter die in de snelste gang rijdt. 

Halthouden doe je in het midden van de bak, niet op de hoefslag. Houd voldoende afstand en kijk naar elkaar, zodat je niet zomaar door een andere combinatie wordt afgesneden of de combinatie achter jou ineens vol op de rem moet. Dat rijdt wel zo prettig!

Bron: Horse Listening