Tip Lisanne der Nederlanden: aanleren van de ‘tweede draf’
NieuwsElke week krijg je een tip van een deskundige. Deze week is de tip afkomstig van dressuuramazone Lisanne der Nederlanden.
“Zelf rijd ik veel jonge paarden en neem ik deel aan veel jonge paarden-competities. Naarmate de paarden ouder worden wil de jury toch een wat meer gedragen paard zien. Hoe doe je dat nou precies en wanneer begin je ermee? Zelf vind ik het erg belangrijk dat de paarden de tijd krijgen om zich goed te kunnen te ontwikkelen en er ook sterk genoeg voor zijn om in die meer verheven draf te kunnen lopen.
Hoe begin je?
Je begint met een paard dat in een goede aanleuning loopt en daar al stabiel in is. Dan begin je met het rijden van overgangen, zodat je het paard aan je been- en zithulpen. Sla ook de tempowisselingen niet over. Als dat goed gaat en je hebt een actief achterbeen door het rijden van korte tempowisselingen, dan rijd je het paard wat meer terug en denk je zelf al wat meer aan een passage-achtige draf. Met je zit vang je het paard op, zodat hij op het achterbeen moet blijven. Met je been activeer je het achterbeen zonder dat het paard harder gaat. Belangrijk is dat je paard niet traag wordt: hij moet een snel en actief achterbeen houden. Als je dat zo volhoudt en tussendoor tempowisselingen blijft rijden, zal het paard gaan snappen dat hij in een meer verheven draf moet gaan lopen. Het is ook heel belangrijk dat je je paard goed beloont, zodat hij snapt dat hij het goed doet. Bijvoorbeeld door middel van klopje op de hals of met je stem.
Moeilijkheden
Het kan gebeuren dat je paard hierbij sterk gaat worden, omdat hij het moeilijk vindt om zich op het achterbeen te houden. Of hij kan zijn rug wegdrukken en te hoog en kort in de hals worden. Wat dan belangrijk is, is dat je ook regelmatig een overgang naar stap of halt maakt. Op die manier ben je er zeker van dat ook je overgangen terug goed doorkomen, en dat je paard niet ‘drammerig’ wordt. Als je paard zijn rug wegdrukt is het belangrijk om hem tussendoor steeds weer wat meer over de rug te rijden. Even weer ontspannen, zodat hij zijn rug weer op een goede manier kan aanspannen en dan de oefening nog een keer herhalen.”
“De pen wil ik graag doorgeven aan dressuuramazone Femke de Laat.”
Bron: Bitmagazine
