200219094_ABFweb
200219094_ABFweb

Help het milieu met de mest van je paard

Welzijn Members Only

Volgens de KNHS leven in Nederland zo’n 450.000 paarden en pony’s. Dagelijks produceert elk paard zo’n 17 tot 24 kilo mest. Een simpel rekensommetje leert dan dat onze paarden gezamenlijk goed zijn voor een mesthoop van zo’n 10 miljoen kilo per dag. Welke invloed heeft al deze mest op het milieu en hoe kunnen we zelf het milieu een handje helpen met de mest van onze lievelingen? Bit-redacteur Jennifer van der Meer zocht het uit.

Over de invloed van koeien- en varkensmest op het milieu is de afgelopen jaren veel te doen geweest. Mestoverschotten, mestrechten, CO2, methaan, stikstof; we hebben er in het nieuws uitgebreid over kunnen lezen. Maar hoe schadelijk is paardenmest nu eigenlijk voor het milieu? Mijn zoektocht begon bij het RIVM. Daar sprak ik een van de onderzoekers en ik kreeg een tweetal interessante rapporten. 

Broeikasgassen

Methaan is een van de belangrijkste broeikasgassen die bijdragen aan de versterking van het broeikaseffect. Methaan komt onder meer vrij bij de vertering van voedsel door de koe. In het rapport ‘Greenhouse gas emissions in the Netherlands 1990 - 2018, National Inventory Report 2020’ dat ik van het RIVM kreeg, zie ik runderen dan ook met stip op één staan in de tabel methaanuitstoot. Nu eten paarden net als koeien gras en ander ruwvoer. Hoeveel methaan maken zij dan aan? Methaan ontstaat vooral in de pensmaag en in mindere mate in de dikke darm. Paarden zijn geen herkauwers en hebben dan ook geen pensmaag. Vergeleken met runderen valt de uitstoot van methaan bij paarden daardoor erg mee. In het rapport vallen paarden dan ook in de categorie ‘overige dieren’ samen met schapen, geiten en muilezels, die helemaal onderaan de tabel gezamenlijk 5% methaanuitstoot van de totale veestapel op zich nemen. 

Wat me vervolgens opvalt in het RIVM-rapport is dat paarden wel hoog scoren als het gaat om de uitstoot van lachgas. Daar staan paarden op de derde plaats. Een andere benaming van lachgas is distikstofoxide of N2O. Het is een krachtig broeikasgas, dat bovendien lang in de atmosfeer hangen. De grootste boosdoener voor de toename van lachgas in de atmosfeer is echter vooral het gebruik van kunstmest. Als we vervolgens kijken naar de uitstoot van de mestopslag, dan blijkt drijfmest weer vele malen schadelijker dan de vaste mest die wij uit onze stallen halen. Kunnen we daaruit concluderen dat de impact die onze geliefde viervoeters op het milieu hebben wel meevalt? Dat is wellicht wat te kort door de bocht. 

Ontwormingsmiddelen

Uit ander onderzoek blijkt namelijk dat de ontwormingsmiddelen die we voor onze paarden gebruiken via de mest in de natuur terechtkomen. Daar richten deze chemische middelen schade aan en niet zo’n beetje ook. Tegelijkertijd blijkt dat maar liefst 80% van de paarden onnodig wordt ontwormd. Dat betekent dus dat 80% van die schadelijke stoffen voor niks in het milieu terechtkomen. Daar valt dus nog aardig wat milieuwinst te behalen.  

‘Maar nadat de paarden die we onderzochten ontwormd waren, bleek de concentratie van deze stof in de mest heel hoog, terwijl de stof zelfs bij lage concentraties al zeer giftig bleek voor insecten’

Joost Lahr is senior expert waterkwaliteit bij het RIVM en was tot vorig jaar onderzoeker ecologie en milieu bij Wageningen Environmental Research. Daar werkte hij mee aan een onderzoek naar de invloed van ontwormingsmiddelen bij paarden op het milieu. Hij vertelt: “De meeste ontwormingsmiddelen voor paarden bevatten de werkzame stof ivermectine. We hadden wel verwacht dat deze stof toxisch zou zijn voor andere organismen in het milieu. Maar nadat de paarden die we onderzochten ontwormd waren, bleek de concentratie van deze stof in de mest heel hoog, terwijl de stof zelfs bij lage concentraties al zeer giftig bleek voor insecten. Insecten, zoals vliegen en mestkevers, spelen een belangrijke rol bij de afbraak van mest. Door de ivermectine komen de eitjes die ze in de mest leggen niet uit en dat heeft dus een negatief effect op hun populatie. Sterker nog: zonder deze insecten houden we uiteindelijk heel veel mest over.”

“Ook kwam uit ons onderzoek naar voren dat de meeste eigenaren hun paard nog steeds routinematig meerdere keren per jaar ontwormden”, vervolgt Lahr. “Behalve schade aan het milieu, zorgt dit ook voor wormresistentie. Beter is om paarden alleen tegen wormen te behandelen als de worminfectie boven een bepaalde waarde blijkt. De Universiteit Utrecht heeft hiervoor een handige beslisboom ontwikkeld op www.parasietenwijzer.nl. Op deze manier ontwormen is zowel in het belang van de paardenhouder als van het milieu.” 

Wormresistentie

Dat er nog te veel onnodig wormmiddelen worden gebruikt, beaamt chemisch ingenieur en veterinair natuurgeneeskundige Ciska Ketelaar. Zij schreef het Handboek Wormen bij Paarden en geeft via Mesttest.com cursussen om zelf mestonderzoek te doen. “Nog steeds worden de meeste paarden ‘blind’ ontwormd. Dat wil zeggen; zonder te onderzoeken of ze daadwerkelijk wormen hebben en zo ja welke. En als een of twee paarden wel wormen blijken te hebben, worden vaak alle paarden op een stal ontwormd. Dat is niet nodig. Als er binnen een groep mensen twee mensen hoofdpijn hebben, geef je toch ook niet iedereen een paracetamol? Wanneer je paarden blind ontwormt, of de hele kudde tegelijk ongeacht of ze allemaal wormen hebben of niet, dan ontstaat sneller resistentie. En dat is echt een probleem. In de jaren ’80 werkte ivermectine tegen bijna alle wormen, maar dat is inmiddels niet meer zo. Nu werkt geen enkel middel meer tegen alle wormen. En als de middelen die we nu nog op de plank hebben liggen allemaal niet meer werken, dan hebben we niks meer.”   

‘Wanneer je paarden blind ontwormt, of de hele kudde tegelijk ongeacht of ze allemaal wormen hebben of niet, dan ontstaat sneller resistentie. En dat is echt een probleem.’

Mestonderzoek

Mestonderzoek klinkt nog voor veel mensen als: duur, ingewikkeld of lastig. Als je even rekent valt dat echter reuze mee. Ten eerste kun je eenvoudig een zakje mest inleveren bij de dierenarts, die het onderzoek vervolgens voor je uitvoert. En ja, dat kost natuurlijk geld. Maar bedenk dan dat mestonderzoek ongeveer net zoveel kost als een wormenspuit en dat je zo’n 80% minder ontwormingsmiddelen gebruikt als je regelmatig wormonderzoek doet. Maar zelf mestonderzoek doen is ook een optie en volgens Ketelaar kan iedereen dat leren. In haar cursussen mestonderzoek krijgen paardeneigenaren de nodige theoretische basis, leren ze met een microscoop werken en de verschillende wormeitjes herkennen en tellen. “Je moet even leren hoe ze eruitzien, maar als je dat eenmaal weet herken je ze altijd”, legt ze uit. “Uiteraard moet je wel een aantal spullen aanschaffen, bijvoorbeeld de startersset met microscoop die wij ook verkopen. Maar dat is een eenmalige investering en dan kun je voortaan zelf in 10 minuten de mest van je paard onderzoeken. Na mijn cursus ben je uiteraard geen dierenarts, maar als je iets gevonden hebt in de mest kun je jouw dierenarts wel vertellen wat je hebt gevonden. Daarna kan je dierenarts precies het juiste ontwormingsmiddel voorschrijven.”   

Voorkomen is beter dan genezen

Maar ontwormingsmiddelen blijven chemische middelen die dus via de mest in de natuur terechtkomen. Kun je je paard dan niet op een natuurlijke manier ontwormen, vraag ik me af? Op internet vind ik verschillende natuurlijke middelen die pretenderen net zo goed of beter te werken. “Natuurlijke ontwormingsmiddelen in die zin dat ze wormen echt doden, bestaan niet”, helpt Ketelaar me uit de droom. “Als je goed op het etiket van deze middelen kijkt, zie je ook dat ze vooral preventief werken. En ze kunnen inderdaad helpen om het immuunsysteem van je paard te ondersteunen en hem zo weerbaarder te maken tegen worminfecties.” Joost Lahr vult dit aan: “Er zijn paarden die meer wormen uitscheiden dan andere en het blijkt dan ook dat het ene paard een betere weerstand tegen wormen heeft dan het andere.”

Maar kan de normale voeding dan niet ook een rol spelen bij preventie, door met een goed voermanagement het immuunsysteem van je paard te optimaliseren? Anneke Hallebeek is dierenarts en specialist veterinaire diervoeding en is Consultant Equine Nutrition bij Voedingsadvies Paard. Volgens haar bestaat er zeker een link tussen hoe gezond een paard is en hoe vatbaar hij is voor wormen. “Gezonde voeding kan bijdragen aan een gezonde darmflora. De basis van het rantsoen is natuurlijk altijd voldoende ruwvoer van goede kwaliteit, zonder schadelijke schimmels. Daarnaast is het belangrijk dat paarden genoeg vitaminen en mineralen binnenkrijgen. Je ziet nog wel eens dat paarden - en vooral jonge paarden - ondervoed zijn. Dan bedoel ik niet dat ze te mager zijn of te weinig ruwvoer krijgen, maar dat ze niet alle essentiële voedingsstoffen binnenkrijgen. Na verloop van tijd kan de weerstand dan omlaaggaan en kunnen ze vatbaarder worden voor worminfecties. Een lange tijd is dat onderschat. Vroeger voerden we veel krachtvoer en dat is de laatste jaren misschien wat minder geworden. Gelukkig zie je dat sommige voerfabrikanten nu meer vezels gaan toevoegen aan het krachtvoer, maar ook een hogere concentratie vitaminen en mineralen. Ook zijn er steeds meer balancers op de markt. Zo krijgt een paard met minder krachtvoer toch genoeg voedingsstoffen binnen.

Bij honden is bekend dat de kwaliteit van het voer ook invloed heeft op de hoeveelheid ontlasting. Werkt dat bij paarden ook zo? Hallebeek: “Dat ligt bij paarden wat ingewikkelder. Ruwvoer is het belangrijkste onderdeel van het paardendieet en dat is rijk aan vezels. En vezels verteren nu eenmaal moeilijker. Dat uit zich in de hoeveelheid mest. Nu wil ik niet zeggen dat alle paarden altijd onbeperkt ruwvoer moeten eten - sommige paarden worden daar ook te dik van - maar ze hebben er wel voldoende van nodig. Bij het voermanagement wil je natuurlijk op gezondheid sturen en niet op mestproductie. Dus om minder hooi te voeren vanwege het milieu lijkt me niet wenselijk.”          

Mest verwijderen

“De beste maatregel om worminfecties te voorkomen en daarmee dus ook minder te hoeven ontwormen, is om - liefst dagelijks - handmatig de mest te verwijderen uit de wei”, vertelt Ciska Ketelaar. “Als je veel paarden hebt kan dit een intensief karwei zijn, maar het loont wel. Zo doorbreek je de levenscyclus van de wormen en zorg je dat de eitjes en larven niet op de wei komen, waar het paard de larven weer binnenkrijgt.” Heb je je paard (na mestonderzoek uiteraard) ontwormd, dan kun je de mest het beste wel even apart afvoeren, vertelt Lahr: “Het duurt ongeveer een week voordat de orale pasta niet meer in de mest voorkomt. Het beste kun je deze mest verzamelen en afvoeren naar de vuilverbranding.”

“Heb je veel paarden en is handmatig mest verwijderen echt geen optie, dan kun je de weide ook slepen”, vult Ketelaar aan. “Maar doe dit met name voordat het erg warm of koud wordt. Door het slepen stel je de eitjes onmiddellijk bloot aan de elementen en daar kunnen ze niet tegen. Larven houden niet van UV-licht. Daarom is het ook een goed idee om de mestplekken in de wei regelmatig uit te maaien. Ook met stripbegrazing of regelmatig omweiden voordat het gras te kort wordt, voorkom je zoveel mogelijk wormbesmetting. De larfjes leven namelijk vlakbij de grond en ’s ochtends kruipen ze naar het puntje van het gras in de hoop opgenomen te worden door een paard. Heb je schapen of andere herkauwers, dan is het een goed idee om de weide afwisselend door hun te laten begrazen.”

Mest voor het milieu

Een van de belangrijkste dingen die we als paardeneigenaren kunnen doen, is dus om ervoor te zorgen dat de mest zo min mogelijk schadelijk is voor het milieu. Maar kunnen we de mest van onze viervoeters ook gebruiken ter verbétering van het milieu? Planten hebben immers meststoffen nodig en wij als paardeneigenaren willen doorgaans graag van onze mest af. Paardenmest is prima voeding voor de planten in de (moes)tuin. Bovendien hebben de meesten van ons ook een wei die regelmatig bemest moet worden. Aangezien kunstmest niet goed is voor het milieu, kun je wellicht beter je wei met eigen paardenmest bemesten. Dat is ook voor je portemonnee een fijn alternatief. Voor zowel tuin als wei moet de mest echter wel eerst gecomposteerd worden. En om wormbesmetting in je wei te voorkomen, kun je de mest het best een jaar laten liggen en je weiland een jaar laten niet laten begrazen. Maar heb je trek in een regelmatige work-out én plek voor twee compostmesthopen van minimaal 2 x 2 meter, dan is het zeker het proberen waard. Hoe je precies te werk gaat, lees je in dit stappenplan.

Een andere duurzame optie is om je paardenmest te laten ophalen door een champignonkweker. Pierre Janssen is accountmanager maneges bij AMCO, een bedrijf dat paardenmest ophaalt bij paardeneigenaren en composteert voor hun champignonkwekerijen. “Wij halen mest op bij eigenaren en bedrijven met tien of meer paarden. We stellen wel een aantal eisen aan de mest. Zo moet het lang stro bevatten, mag het niet verontreinigd zijn met blad, huisvuil, hooi, voederresten, houtkrullen, touw, of stenen en vooral: de mest moet vers zijn. We komen dan ook elke week of tweewekelijks langs. Daarna wordt de mest in onze fabrieken op 60 tot 70 graden verwerkt en gecomposteerd en gaat het naar de champignonkwekerij.” 

Stoken op mest

Heb je geen tien paarden aan huis en geen moestuin, maar wel een houtkachel? Dan kan de mest ook nog dienen als brandstof voor je houtkachel. Niet als verse mestveigen natuurlijk, je moet wel ze eerst even verwerken tot briketten. Maar dat is niet moeilijk om te doen en een voordeel is dat je niet hoeft te wachten tot je mest is gecomposteerd. Na het uitmesten van je stal kun je bij wijze van spreken direct aan de slag. Een paar jaar geleden reisde collega Bit-redacteur Bram Hulzebos af naar Klazinaveen. Daar leerde hij de kunst van het mestbriketten maken van Alida Markies, tijdens een van haar workshops. Want nadat zij zich afvroeg waarom wij niet net als half Afrika op mest stoken, ontwikkelde ze een manier om paardenmest met een eenvoudige pers om te vormen tot briketten. Elk briket brandt maar liefst veertig minuten. En nee, dat geeft geen nare geurtjes. Bovendien worden er geen zwafel en teer uitgestoten én je bespaart er een hoop bomen mee die anders je kachel in zouden verdwijnen. Ook fijn voor het milieu én je portemonnee. Bovendien is het volgens Markies de oplossing voor je mestprobleem. Aan de slag dus met mestbriketten? Het artikel kun je hier terug te lezen.


Fijn voor milieu en portemonnee

Kortom, via de mest van onze geliefde viervoeters valt er voor ons paardeneigenaren nog heel wat milieuwinst te behalen. Ontwormen op basis van mestonderzoek en preventie van worminfecties zijn belangrijke eerste stappen, waarmee we veel milieuschade kunnen voorkomen, maar ook onze paarden helpen. Wil je nog wat verder gaan en je mestprobleem op een duurzame manier oplossen, dan zijn er ook verschillende mogelijkheden waarmee je zowel het milieu als je portemonnee blij kunt maken. 

Bronnen: 

  • Greenhouse gas emissions in the Netherlands 1990–2018 National Inventory Report 202015 (RIVM)
  • Informative Inventory Report 2020 Emissions of transboundary air pollutants in the Netherlands 1990-2018 (RIVM)
  • De Nederlandse landbouw en het klimaat (Rijksdienst Ondernemd Nederland in opdracht van het ministerie van Economische Zaken)
  • KNMI.nl

091013408_ABFweb
171120144_ABFweb
170417001_ABFweb
181105215_ABFweb