Afbeelding

Straô rieën

Eens per jaar staat het Zeeuwse eiland Schouwen-Duiveland volledig in het teken van paarden. Het is weer tijd voor het jaarlijkse Straô rieën, dat is Zeeuws voor strandrijden. Mensen komen van heinde en verre om aan dit evenement mee te doen. Ook Bit & Cap dompelde zich onder in deze prachtige folklore en reed mee met de optocht van Noordwelle.


Tekst: Margriet van der Zwan-Krijn | Foto's: Wilma Alleblas

Het is een zonnige maar winderige dag als ik aankom in Noordwelle. Hoewel het nog vroeg is, is er al volop bedrijvigheid op de stal aan de rand van het dorp. Het terrein staat vol met trailers en vrachtwagens, sommige zijn zo groot dat er wel twaalf paarden in passen. Overal staan imposante trekpaarden rustig te wachten tot ze op pad kunnen. Mensen lopen met zadels, hoofdstellen en versierde tuigen en her en der klinkt er opgewonden gehinnik. Het laat zich raden dat er vandaag wat bijzonders staat te gebeuren; ik rijd mee met de traditionele straô-optocht van Noordwelle. Dit jaar doe ik met mijn eigen trouwe viervoeter Milou mee. Milou is een Frans trekpaard van het ras ‘Cheval Breton’. Normaal best een imposante dame om te zien, maar tussen de vele Zeeuwse, Brabantse en Belgische 'knollen' lijkt ze maar een klein paardje.

Bolhoeden en petten

Eerst poets ik Milou schoon en begin met opzadelen. Even verderop staat Jaco Groenendijk, hij is omringd door twaalf van zijn Zeeuwse trekpaarden. Jaco fokt trekpaarden en doet aan wedstrijdmennen en paardencoaching met zijn paarden. Hij is al bijna twintig jaar te vinden bij de verschillende straôs op Schouwen-Duiveland. “Van oorsprong werd de straô gereden zonder zadel en met alleen een soort kleedje om op te zitten. Maar wij rijden gewoon met zadel, hoor. Veiligheid staat voorop”, legt Jaco uit. Tot slot worden de paarden versierd met groen, linten, papieren bloemen en pomponnen, want dat is traditie bij het straô rieën. Er loopt een man voorbij met een bolhoed. Jaco: “Daaraan kon je vroeger zien dat iemand eigenaar was van één of meerdere paarden. De boerenknechten hadden vroeger een pet op, maar tegenwoordig rijden de meesten met een cap. Van oudsher droeg men ook een witte broek en zwarte jas. Dat doen de meeste mensen nog steeds.”

Rondje om de kerk

Ik stijg op en in groepjes begeven we ons naar het dorp. Daar hebben zich zo’n 120 paarden verzameld, waarvan de meeste imposante trekpaarden. Hoewel er van alles te beleven is en er her en der uitbundig wordt gehinnikt, kan er bij Milou hooguit een minachtend snuifje vanaf. Dat is het grote voordeel van trekpaarden, ze blijven in de meeste situaties heerlijk kalm en nuchter. We rijden eerst een rondje om de kerk en stellen ons daarna achter elkaar op. Voor me staan vier dames met prachtig versierde trekpaarden in blauw, roze en wit. Viertal Mirella, Karin, Karina en Monique vormen samen ‘de Zeeuwse Knopjes’. “We doen als groep voor de derde keer mee”, vertelt Mirella enthousiast. “We verwachten vandaag gezamenlijk een leuke rit te maken met veel gezelligheid onderweg. Het is mooi dat de traditie van de straô nog in ere wordt gehouden en dat je een verbinding met elkaar hebt.” 

Originaliteit en authenticiteit

Geduldig staan de paarden te wachten in de lange stoet. Er lopen verschillende mensen met gele hesjes tussen de paarden door. Dit zijn de juryleden die de paarden beoordelen. Een van die juryleden is Charlotte van der Vorst: “Ik heb al veel straôs meegemaakt als ruiter, maar ik doe voor de eerste keer mee als jurylid. Ik vind het een hele eer dat ik ervoor gevraagd ben. Ik let vooral op originaliteit, maar ook op authenticiteit, dus of het geheel zoveel mogelijk volgens de traditie is. Ik let sowieso op de kledij, dus zwart jasje, liefst een ribjasje, witte broek, zwarte schoenen en zwart hoofddeksel. En natuurlijk de versieringen. Origineel is het met buxus, maar dat is lastig dit jaar, vanwege de buxusmot. Verder kijk ik naar de rozetjes die zijn gemaakt; zijn ze bijvoorbeeld zelf gemaakt? Zijn ze van papier of zijn ze van wol? Hoe bewerkelijk is het? Zijn de manen en de staart mooi ingevlochten? Zit er op die staart nog een versierstukje? Hebben mensen oog voor hele kleine details, zoals bijvoorbeeld een matching zadeldekje? Dat zijn allemaal van die extra dingetjes waarop je scoren kunt. En natuurlijk de algemene indruk. Ziet het paard er goed uit? Dat is belangrijk. Is het niet te mager? Is het goed gepoetst? En ik kijk natuurlijk of de ruiter plezier heeft”, besluit ze met een vrolijke knipoog. 

Voorrijder

Een vrouw blaast op een koperen hoorn: het startsein om te vertrekken. We rijden eerst twee rondjes om de kerk en dan begeven we ons in een grote stoet richting het strand. De vrouw die de hoorn blaast is de voorrijder. De voorrijder die de stoet leidt is degene die het vaakst aan die straô heeft meegedaan. Dit jaar mag Allison Nuis deze rol vervullen. Ze rijdt voor de zestiende keer mee met de Straô van Noordwelle. Allison: "Eigenlijk ben ik degene die de hele route weet en aangeeft wanneer we waar aankomen. Ik moet zorgen dat de groep bij elkaar blijft. Daarbij houd ik dus ook in de gaten of het juiste tempo wordt aangehouden. Ik gebruik de hoorn op drukke plekken, zodat mensen weten dat we eraan komen of als we ergens weggaan.” Na ongeveer drie kwartier stappen komen we aan in Renesse voor de eerste stop. Daar krijgen we wat lekkers en een borreltje. Als iedereen voorzien is, blaast de voorrijder op haar koperen hoorn en de stoet zet zich weer in beweging. 

Sokken wassen

De sfeer onderweg is heel gemoedelijk en gezellig. De meeste trekpaarden die meerijden zijn op en top braaf, maar zeker niet saai. Rustig maar gestaag, stappen we richting het strand. Al gauw zien we de duinen opdoemen en niet veel later bereiken we het strand. Daar rijden we de zee in. Sommigen gaan zo diep dat de paarden tot aan de buik in het water staan. Het water spat alle kanten op en al gauw zijn we kletsnat. Degenen die willen, rijden het strand op voor een galopje. Milou haar oortjes draaien naar voren en daar gaan we! De wind suist langs onze oren en overal klinkt het geplof van de imposante paardenhoeven. Na een kort sprintje - wie denkt dat trekpaarden alleen op een sukkeldrafje kunnen, heeft het mis - rijden we de paarden weer terug in stap en laten ze even op adem komen. Door de branding rijden we naar de tweede stop van de rit. De paarden krijgen een welverdiende pauze en wij kunnen genieten van een warme chocomelk, met - jawel - een scheutje rum. 

Ringsteken

Het inmiddels bekende geluid van de koperen hoorn klinkt weer en in colonne rijden we via het centrum van Renesse terug naar Noordwelle. Een aantal mensen rijdt vanaf daar weer naar huis, maar ik blijf nog even voor het ringsteken. Eén voor één rijden we in draf om de kerk. Onderweg moeten we proberen om met een houten lans drie ringen naar beneden te halen. Dat blijkt makkelijker gezegd dan gedaan! Het lukt dan ook maar weinig mensen om alledrie de ringen in één ronde te steken. Maar wat is het leuk om mee te doen! Ook de paarden genieten er zichtbaar van en onderweg worden we aangemoedigd door het publiek. Als ook de laatste ronde verreden is, keren we moe maar voldaan weer huiswaarts. 

Een voldane glimlach 

Milou mag genieten van haar welverdiende rust op stal en een goed gevuld hooinet, maar voor mij is de dag nog niet voorbij. In het dorpshuis van Noordwelle gaat het feest vrolijk door. De meeste deelnemers kletsen nog even na over de mooie dag. Tegen zes uur is de prijsuitreiking van de ringsteekwedstrijd en de mooist versierde paarden. De Zeeuwse Knopjes slepen de eerste prijs in de wacht voor best versierde groep. De tien best versierde individuele paarden krijgen ook een prijs. Ook de mensen zonder prijs staan met een voldane glimlach te kijken. Die glimlach houden we nog lange tijd vast. Wat mij betreft rijden we volgend jaar gewoon weer mee! P 

Afbeelding
Afbeelding
In optocht door de duinen van Renesse
Trekpaard Marja is zo kalm en nuchter, dat dit achtjarige meisje er met een gerust hart mee op pad kan gaan
Afbeelding
Er lopen verschillende mensen met gele hesjes tussen de paarden door, dit zijn de juryleden die de paarden beoordelen
Afbeelding
De voorste paarden rijden de zee al in om 'sokken te wassen'
Bij het ringsteken is het de bedoeling om alledrie de ringen in één ronde om de kerk te steken, maar dat lukt maar weinig mensen