Rechtrichten

Rechtrichten is een belangrijk onderdeel van het bekende ‘dressuur-skala’, en een basisvoorwaarde voor goed paardrijden en het behoud van een gezond paardenlijf. Want of je nu dressuurruiter bent of alleen bosritten maakt, met een scheef paard kom je op den duur in de problemen. Expert op het gebied van rechtrichten Astrid van der Ploeg vertelt er alles over.

Tekst: Natasha Bruinsma | Foto's: Jessica Pijlman

Laten we vooropstellen dat elk paard scheef is. Net als mensen hebben paarden ook een voorkeur voor rechts of links en ontwikkelen ze zich daardoor niet helemaal symmetrisch. In het wild geen groot probleem. Maar op het moment dat wij met paarden gaan werken, wordt het een ander verhaal. Astrid van der Ploeg, expert op het gebied van rechtrichten: “We noemen dat links- of rechtgebogen zijn. Deze ‘laterale scheefheid’ is de meest bekende van de scheefheden die je paard kan hebben. Er zijn echter meerdere scheefheden die invloed uitoefenen op de manier waarop je paard zijn lichaam gebruikt”(zie kader).

biomechanica

“Rechtrichten tijdens je training is eigenlijk niets anders dan rekening houden met scheefheden, en deze tijdens je training bewust proberen te verminderen. Door in je training bewust rechtrichtende oefeningen in te zetten, help je je paard om zijn lichaam zo goed mogelijk te gebruiken in harmonie met zijn biomechanica. Het links- of rechtsgebogen zijn is vaak je startpunt van waaruit je gaat rechtrichten. De overige scheefheden hangen met deze scheefheid samen”, vertelt Van der Ploeg.

Rijtechnische uitdagingen

“Het doel van rechtrichten is om de blessuregevoeligheid van je paard te verminderen en het rijden voor jou en je paard prettiger te maken. Wanneer je paard doorloopt zonder dat je rekening houdt met zijn scheefheden, dan wordt de kans op overbelasting op den duur groter. Dit heeft te maken met een onevenredige belasting op het paardenlichaam. Rijtechnische uitdagingen zijn de eerste signalen (zie kader op volgende bladzijde). Als deze niet opgelost worden in harmonie met de biomechanica van het paard, dan resulteert dat vroeg of laat in blessures of niet gewenst gedrag."

Fysieke aanwijzingen

“Naast rijtechnische aanwijzingen, zijn er vaak ook fysieke aanwijzingen dat je paard scheef is. Deze worden zichtbaarder naarmate je paard langer in zijn scheefheid is doorgetraind. Wanneer je in je training de scheefheid onvoldoende vermindert, dan zal het lichaam van je paard door ongelijke belasting zich ook ongelijk ontwikkelen. Dit kan zich onder andere uiten in ongelijke bespiering van de schouders, rond de schoft, de hals of de achterhand.”


De verschillende scheefheden:

De laterale scheefheid (het links of rechts gebogen zijn.

De verticale scheefheid (het op of over de schouder vallen)

De diagonale scheefheid (het stuwen van het linker achterbeen naar de rechterschouder of omgekeerd).

De horizontale scheefheid (te veel gewicht in de voorhand).

Asymmetrie in paslengte (ongelijke passen tussen voor en achter of tussen de beide achterbenen).

Onbalans tussen onder en boven (je paard spant de bovenlijn aan en laat zijn buikspieren hangen, deze scheefheid is vaak een gevolg van de andere scheefheden).




Compenseren

“In de rijbaan kom je de scheefheid van je paard het duidelijkst tegen op de rechte lijn wanneer je paard bijvoorbeeld wat naar buiten kijkt, op de voltes, in de hoeken en wendingen en tijdens of na het veranderen van hand. Als ruiter ga je, wanneer je merkt dat je paard niet makkelijk loopt, vaak compenseren in je houding. Je gaat dan als het ware corrigerend zitten om te voorkomen dat je naar binnen valt. Deze corrigerende houding voorkomt dat je paard in balans kan komen en houdt de scheefheid in stand. In plaats van het probleem bij de kern aan te pakken rijd je je paard door in zijn scheefheid”, waarschuwt Astrid.

Buitenrijden

Omdat je in de rijbaan veel bochten maakt en je te maken hebt met linksom en rechtsom, is de overbelasting en hinder hier duidelijker dan wanneer je buitenrijdt. Maar als je denkt dat rechtrichten niet van toepassing is bij het buitenrijden, heb je het mis. Astrid: “Ben je een recreatieruiter die veel buitenritten maakt? Ook dan heb je te maken met de scheefheid van je paard. Je zult het wellicht minder duidelijk voelen dan wanneer je in de rijbaan traint, omdat je minder bochten maakt. Toch is het goed om er eens extra op te letten tijdens je buitenrit. Tekenen van scheefheid tijdens je buitenrit kunnen zijn dat je bijvoorbeeld altijd op hetzelfde been lichtrijdt. Je paard zet jou in het ritme van lichtrijden op de buitenschouder. Als je paard dus links gebogen is, zul je bijna vanzelf vaak op het rechtervoorbeen lichtrijden. Ook het aanspringen in dezelfde galop kan een aanwijzing zijn. Een goede oefening kan zijn om je paard bewust om te stellen in de linker- en rechterbuiging tijdens het rijden van slingerpaadjes en bochten. Ook het bewust kiezen en wisselen van het aan galopperen in de linker- en rechter galop kan al voorkomen dat je altijd in zijn voorkeurskant buitenrijdt.” 

Overbelasting

Wanneer je de rij-technische signalen negeert en doortraint zonder bewust de scheefheid van je paard te verminderen, dan kan je paard fysieke klachten krijgen. Je paard wordt dan blessuregevoelig door de overbelasting die het trainen geeft. Astrid van der Ploeg: “Signalen hiervoor zijn terugkerende blessures waar geen duidelijke aanwijzing voor gevonden wordt. Je kunt onderscheid maken tussen aangeboren, trauma van buitenaf en bewegings- of overbelastingsklachten die trainingsgerelateerd zijn. Zijn er geen duidelijk aanwijsbare redenen van buitenaf en heeft je paard terugkerende peesklachten aan hetzelfde (voor)been? Verdwijnt de klacht bij rust, maar komt deze weer terug wanneer je het werk weer oppakt? Is het been waar de peesblessure iedere keer terugkeert precies dat been dat door zijn scheefheid extra wordt belast? Dan is het reëel dat je door meer aandacht te besteden aan het rechtrichten de kans op terugkeer kunt verkleinen. Een linksgebogen paard loopt een verhoogd risico op klachten in het rechtervoorbeen of de rechterschouder. Een rechtsgebogen paard loopt meer risico op klachten in het linkervoorbeen. Of dit een schouderkreupelheid is, hoefkatrolontsteking of een peesblessure is afhankelijk van waar de zwakste schakel zit bij jouw paard.” 

Mentale en fysieke training

Wanneer kan je beginnen met het corrigeren van de scheefheid van je paard? “In je training kun je onderscheid maken tussen mentale training en fysieke training. Bij een jong paard is het mentale deel als eerste heel belangrijk. Rust, vertrouwen, leren omgaan met en het laten afvloeien van spanning zijn de eerste thema’s in het leertraject van je paard. De wil om te leren en het plezier om samen te werken is het eerste wat je een paard mee wil geven”, aldus Van der Ploeg. “Daarna komt de fysieke ontwikkeling waarbij het verbeteren van de balans en het verminderen van de scheefheden doormiddel van gymnastiseren de aandacht krijgt. Als je paard mentaal openstaat om te leren, kan je aan zijn fysiek gaan werken. Bij een jong paard kun je ter voorbereiding op de ruiter al prima wat werken aan de hand meenemen om hem direct een juist bewegingspatroon aan te leren. Hierdoor wordt het onder de ruiter ook makkelijker om zijn balans te vinden.

LOVE

Het rechtrichten integreren in je training begint bij het afstemmen van de hulpen. Een paard dat licht reageert op je hulpen en begrijpt wat je bedoelt, laat zich modelleren naar je houding en zit. Dit heb je nodig om het lichaam van je paard te plaatsen en de scheefheid te verminderen.” Astrid heeft vier ‘thema’s’ die scheefheid verminderen samengevat in het woord LOVE: Lengtebuiging, Ondertreden, Voorwaarts-neerwaarts(-e tendens), Energie. Wanneer die dus voor elkaar zijn, kan je een aantal oefeningen doen die het rechtgericht zijn bevorderen. Astrid noemt de ruit, volte openen en sluiten, schouderbuitenwaarts en schouderbinnenwaarts. Wil jij hiermee aan de slag? Kijk dan gauw op pagina …. Verderop in dit dossier worden de ruit en schouderbuitenwaarts stap voor stap uitgelegd.