samen interactie neuzen
samen interactie neuzen

Brein van paard wil sociaal contact

Nieuws

Onder het genot van stofjes in het brein doe je als paard wat nodig is om te overleven. In de blauwdruk van de hersenen van paarden staat geschreven dat ze sociale relaties nodig hebben. Een neurologisch perspectief op de noodzaak van het hebben van paardenvriendjes.


Bij je geboorte zit er een soort blauwdruk in je hersenen die aangeeft hoe je (sociale) wereld er ongeveer uit moet zien. De ‘finetuning’ ervan komt door de ervaringen die je opdoet. Bij paarden is de behoefte sociaal contact, in een groep dus, al in de hersenen aanwezig bij de geboorte. Prof. dr. Machteld van Dierendonck legt de finetuning uit. “Neem het zogen van een veulen. Als veulens geboren zijn, staan ze op en zoeken naar iets. Iets dat op hoofdhoogte zit, warm en donker is en naar melk ruikt. Als ze datgene wat ze zoeken vinden, en ze drinken voor het eerst melk (biest), dan is dat de beloning voor het gedrag. Veulens die de uier toevallig voor het eerst vonden toen ze dwars achter hun moeder stonden, blijven een tijdje zo drinken, pas daarna ontdekken ze dat antiparallel staan handiger is. Kortom: bij de geboorte zegt iets in hun brein dat ze op zoek moeten naar een uier, de precieze invulling ervan doen ze op basis van hun ervaringen.”

Hinniken
De essentiële behoeften van een paard zijn sociaal contact, semipermanent ruwvoer kunnen eten, vrije beweging en voor sommigen seks. Aan deze behoeften wordt in veel gevallen niet voldaan. Om dat te verbeteren is Machteld een voorstander van allerlei creatieve manieren van paardenhouden waarbij het paard aan deze behoeften tegemoet kan komen. Die endorfines en andere stoffen hebben ook nog en andere rol. ,,Hoe slechter de omstandigheden waarin een paard zit, hoe groter de verwachting naar iets leuks. Stel, je hebt ratten in een kooi. Die krijgen suikerwater als er een bel gaat. Ze zitten alleen. De tijd tussen de bel en het suikerwater wordt steeds groter. Onderzoek heeft uitgewezen dat hoe hard de rat anticipeert op het suikerwater als de bel gaat, afhangt van het verschil met de ideale situatie. Hebben de ratten het erg goed, dan vinden ze de bel gekoppeld aan het suikerwaterbeloning niet zo belangrijk. Hebben ze het minder goed, dan is die bel, die aangekondigde beloning, hun alles. Dat wil waarschijnlijk dus ook zeggen dat als jouw paard heel hard hinnikt als hij jou ziet, dat jij een goede voorspeller bent dat hij uit zijn stal mag, en dat hij zijn stal niet zo fijn vindt. Jij bent de bel die de rat hoort. Jij bent de aankondiging van het vertrek uit die stal.” Kortom: paarden willen bij elkaar staan. De blauwdruk in hun brein bepaalt dat.

Hij kan niet in de wei!
“Een paard kan wel in de wei hoor”, zegt Machteld van Dierendonck. Paardeneigenaren interpreteren gedrag niet altijd juist. Stel je paard plakt heel erg aan een ander paard. “Paarden die heel lang alleen hebben gestaan, doen er alles aan om te voorkomen dat hun maatje weggaat. Ze hinniken hard en willen mee. Dat is angst.” Soms komt het voor dat je twee paarden hebt, en dat ze aldoor ruzie hebben. ,,Realiseer je: wij kiezen de partners voor ze uit en dat klikt niet altijd. Daarom moet je paarden niet zomaar bij elkaar zetten. Je kunt het rustig opbouwen. Laat paarden aan elkaar wennen door eerst twee draadjes tussen de weilanden te doen en ze langzamerhand dichterbij elkaar te zetten. In grotere groepen kunnen ze zelf hun maatje uitkiezen, dat is vaak fijner. Ze kunnen dan hun eigen vrienden uitzoeken, en hebben hun eigen gewoonten.” Er zijn ook paarden die niet zomaar in een groep kunnen staan. “Paarden spreken een taal. Lichaamstaal. Hoe minder ze in die lichaamstaal getraind zijn en onderhouden hebben, hoe moeilijker het wordt om het te blijven spreken.” Veel mensen denken dat hun paarden niet van regen houden. De paarden gaan bij het hek staan en willen naar binnen. “Welnee. Regen is voor hen helemaal niet zo’n punt. Het is vaak zo dat jij ze een paar keer uit de wei opgehaald hebt als het ging regenen. In de stal troffen ze als beloning voor het meelopen wat lekkers aan. Hooi, vers stro om op te knabbelen. Dus, zodra het gaat regenen, denken ze: we worden zo opgehaald en dan is er een beloning in de stal. Wat jij dan weer interpreteert als ‘als het regent, willen ze naar binnen’. Vaak heb je ze dat zelf aangeleerd.”

Dit is slechts een samenvatting van het artikel, het gehele artikel lees je na in Bit 199, deze kun je hier nabestellen.
540118