opening doortrekken op spread bijshoppen (Large)
opening doortrekken op spread bijshoppen (Large)

Vitaminen en mineralen

Nieuws

Welke mineralen en vitaminen heeft je paard echt nodig? En hoe herken je een tekort of juist een overschot? Voedingsdeskundige dr. Marc van den Top legt uit hoe het zit.


“Eigenlijk zijn er twee soorten mineralen”, begint dierenarts en voedingsdeskundige dr. Marc van den Top. “Je hebt bouwstoffen voor het lichaam zoals calcium, magnesium, fosfor en natriumchloride, die zorgen voor een goede botstructuur, vochtregulatie, de zouthuishouding, et cetera. Daarnaast heb je spoorelementen. Denk aan koper, zink en selenium. Spoorelementen zijn een noodzakelijk onderdeel van enzymen en zorgen ervoor dat processen goed lopen.” De ene soort kun je niet los van de andere zien en er is overlap. “Zonder mineralen en spoorelementen kan een paard niet leven”, verduidelijkt Van den Top. “Vergeleken met brandstof als ruwe celstof en koolhydraten zijn mineralen in relatief kleine hoeveelheden nodig, maar ze zijn niet minder belangrijk.”

Drie typen


Nederland telt op mineralengebied grofweg drie typen paardenhouders. “De eerste groep biedt zijn paard hooi, wat krachtvoer en een wei, als deze paarden al weidegang krijgen. De wei wordt niet onderhouden. In Nederland is dit een gangbare methode”, omschrijft Van den Top. “Een mineralentekort ligt hier op de loer. Tekorten aan bijvoorbeeld vitamine E en selenium zijn denkbaar.” Groep twee voert behalve krachtvoer wat mineralen bij en bemest het land af en toe. Groep drie pakt helemaal uit met grond- en gewasonderzoek en nauwkeurige rantsoenberekeningen. “Voor de sporenelementenvoorziening is het goed om eens per jaar rund- of varkensmest op het grasland uit te rijden”, tipt Van den Top. “Vooral varkensmest verrijkt de bodem behoorlijk.”

De belangrijkste mineralen zijn kalium, calcium, fosfor en natrium(chloride). Van de spoorelementen doen koper, zink en selenium er het meest toe. “Koper, zink, selenium en vitamine E zijn de flessenhalzen van de mineralen- en vitaminenvoorziening bij paarden”, weet de voedingsdeskundige. “Een mineralenmengsel voor weidegang kan problemen echter al grotendeels opheffen.” Hij waarschuwt: “Een paard dat in zijn jeugd gebrek heeft aan mineralen of spoorelementen wordt geen sterk toppaard. Jonge dieren vetmesten is echter niet de bedoeling. Ze kunnen dan sneller OCD ontwikkelen.”

Hooi


Naarmate grasplanten ouder worden, dalen de mineralengehaltes doordat het aantal stengels groeit en het aantal bladeren daalt. De mineralen zitten met name in de bladeren. Daarnaast heeft het aantal keren dat het grasland wordt gemaaid invloed. “Meestal wordt er vooral in het voorjaar bemest. De eerste hooisnede bevat dan de meeste mineralen. Bij volgende snedes beginnen de grasplanten weer met veel blad en weinig stengel, maar de mineralengehalten in de grond kunnen dan lager zijn”, verklaart Van den Top. “Ook de groeiomstandigheden voor het gras zijn dan doorgaans minder goed. Paardenhouders halen meestal twee of drie snedes van het land. Regen over je gemaaide hooi spoelt ook veel mineralen uit.”
‘De eerste hooisnede bevat dan de meeste mineralen’

Niet elk mineraal is even belangrijk voor een paard. “Het laatste decennium was er in Nederland veel om magnesium bij paarden te doen. Maar het is simpel: er is in Nederland geen noemenswaardig magnesiumtekort bij paarden. Kalium is evenmin belangrijk. Tenzij je paard erfelijk belast is met HYPP, een afwijking waarbij een paard heel gevoelig is voor kalium, heeft een paard weinig met kalium te stellen. Mineralen als ijzer, jodium en mangaan zijn voor paarden minder relevant. Mangaan is nodig voor de koolhydraat- en vetstofwisseling en voor een goede structuur van kraakbeen en pezen. Ook hebben paarden over het algemeen voldoende jodium. We zitten in Nederland immers dicht bij de zee, dat biedt voldoende jodiumhoudende neerslag. Jodiumoverschotten zie je alleen bij zeer overmatig zeewiergebruik. Maar dat is heel zeldzaam.”

Kip of ei


Een aandoening is niet altijd een-twee-drie terug te leiden naar een mineralentekort. “Huid-, haar-, of hoefproblemen kunnen bijvoorbeeld een hele trits aan oorzaken hebben. Een koper- of zinktekort is er een van. Voor een slechte afweer geldt hetzelfde. Een goed gevoed paard kan veel aan, maar weinig afweer kan ook worden veroorzaakt door een mineralentekort. Tekorten aan zink of koper kunnen hier meespelen.” Wat nu de kip of het ei is, is soms lastig te bepalen, weet de deskundige. “Een paard kan ziek worden van gebrekkige voeding, maar een ziek paard eet ook weinig, waardoor hij weinig sporenelementen binnenkrijgt. En dus ziek blijft.”
Onbegrensd mineralen bijvoeren is in elk geval niet verstandig. “Selenium bijvoorbeeld is bij verkeerde hoeveelheden giftig. Bij een seleniumvergiftiging gaat er van alles mis in de huid-, haar- en hoornstructuur. Uiteindelijk ‘ontschoent’ het paard.” Seleniumvergiftiging is onherstelbaar. Gelukkig komt het in Nederland eigenlijk nooit voor.

Vitamines


Voor paarden zijn de vitamines A, D en E van belang. Tekorten van deze eerste twee komen nauwelijks voor met de gangbare rantsoenen. Een paard haalt vitamine A uit gras, hooi, wortels en brok. Overmaat kan een paard prima aan. Vitamine D zit in hooi en brok en in de zon maakt de huid het zelf aan. Tekorten zijn uiterst zeldzaam, dus aanvullingen zijn eigenlijk onnodig. “Vitamine E- tekorten komen vooral voor bij sobere rassen, die zonder mineralenmengsels en krachtvoer gehouden worden”, aldus Van den Top.
‘Zolang je niet ondoordacht te werk gaat met graanproducten, loopt een doorsnee paard niet snel een calciumtekort op’

“Vet wordt ranzig in het lichaam waarop het lichaam reageert met ontstekingen. Je voelt knobbels in liezen en oksels. Soms kan een paard hierdoor niet goed lopen. Veulens willen niet goed drinken en gaan dood. Loopt een paard stijf, dan kijk je al snel naar de vitamine E-huishouding. Een vitamine E-preparaat – dat vaak in combinatie met selenium wordt aangeboden – moet binnen een week succes bieden. Vitamine E moet je trouwens nooit langer en in hogere dosering aanbieden dan aanbevolen: 1-4 milligram vitamine E per kilo lichaamsgewicht.”

Calcium is voor het paard een belangrijk mineraal. “Zolang je niet ondoordacht te werk gaat met graanproducten, loopt een doorsnee paard niet snel een calciumtekort op.”

Zogende merries en jonge veulens hebben wel extra calcium nodig voor de botaanmaak. Het is belangrijk dat de verhouding calcium/fosfor in het rantsoen ongeveer twee op één is.” Te veel fosfor ontkalkt de botten. “Graanproducten en zemelen zijn berucht. Prima om je paard zemelen te voeren als laxeermiddel, maar houd het bij maximaal een kilo per dag. En vul het altijd aan met een calciumbron als voerkrijt of bietenpulp.” Hoewel calciumtekorten in Nederland niet veel meer voorkomen, zijn ze eenvoudig op te wekken. “Gangbare ruwvoeders bieden voldoende calcium, vooral als er nog wat krachtvoer bij wordt geboden. Luzerne is ook een bijvoer dat rijk is aan calcium. Overmaat aan calcium is beter te verdragen dan een tekort.”

Bouillon


Wat voor Nederlandse paarden wel een probleem kan vormen, is natriumchloride. “Zorg dat je paard altijd een zoutblok en vers drinkwater heeft. Een voelertje (soort sensor, red.) in het paardenbloed geeftonder normale omstandigheden aan wanneer er een natriumtekort is en gaat actief op zoek naar een zoutbron om het natriumtekort op te vangen. De behoefte verschilt wel per paard.” Gewenning ligt wel op de loer, weet Van den Top. “Heeft je paard een zoutblok van tien kilo in een paar dagen weggewerkt, dan lijkt verveling eerder het probleem. Bied in dat geval zout op een andere manier aan.” Ingrijpen is wel nodig wanneer een paard extreem heeft gezweet. “Tijdens een endurancewedstrijd bijvoorbeeld. Als je de zoutconcentratie in bloed of zweet van mensen en paarden vergelijkt, bestaat mensenbloed uit sterke bouillon en zweten we slappe bouillon. De zoutconcentratie in het bloed stijgt bij zweten, daardoor krijgen wij dorst na hevig zweten. Bij het paard is het precies andersom. Hij zweet sterke bouillon en houdt slappe bouillon in zijn bloed. Een paard verliest bij hevig zweten veel zout, maar een dorstprikkel blijft uit. Uitdroging is dus een reëel risico.” Uitdroging herken je aan koude oren en hoeven, een droge mond, stugge huid en diepliggende ogen. Het voeren van elektrolyten kan een oplossing zijn, maar op dat laffe smaakje zit een paard meestal niet te wachten. “Wen je paard er enkele weken voor de wedstrijd aan. Of roer voor de wedstrijd een schep los zout door het voer. Ruwvoer voeren voor de wedstrijd werkt ook. Die sprieten houden vocht en mineralen goed vast.” Het snufje spoorelementen dat een paard verliest in zweet, is verwaarloosbaar.

Behoefte


Klinkt ingewikkeld allemaal. Hoe weet je nu wat je je paard precies moet geven? “Met een normaal mineralenmengsel zit je meestal goed. Op de site voervergelijk.nl kun je vrijwel alle in Nederland verkrijgbare paardenvoeders qua gehalte, prijs en toepassingsmogelijkheden vergelijken. Vitamine- en mineralenmengsels staan hier ook bij.”
‘Bloedwaarden van mineralen zeggen weinig’

Los van de standaard voeders is het vaak een hele kunst om de precieze behoefte van je paard uit te dokteren. Bloedonderzoek op mineralen vindt Van den Top meestal weggegooid geld. Voor het opsporen van seleniumtekorten kan dit echter wel zinvol zijn. Ook bloedarmoede is er goed mee vast te stellen. “Tenzij je een goed referentiekader opbouwt door geregelde herhaling, zeggen bloedwaarden van mineralen weinig. Grondonderzoek kan zinvol zijn, maar je weet niet wat er van de grond in de plant komt. Gewicht, voerrantsoen, eventueel melkgift en de intensiteit van arbeid zijn aspecten die meewegen bij de behoeftebepaling. Op internet kun je hier mooie rekenprogramma’s voor vinden.” Zonder ruwvoeranalyse kom je echter niet ver. Hooi kan een seleniumtekort met een teveel aan koper combineren. Mineraalrijke klei- en lössgronden leveren vaak hooi met meer mineralen dan zandgrond, waar de mineralen uitspoelen. “In principe kun je met een kwalitatief goed ruwvoer aangevuld met een bescheiden hoeveelheid krachtvoer of een mineralenmengsel vooruit”, besluit Van den Top. “En wil je écht weten hoe je paard ervoor staat, dan moet je op (voer)onderzoek uit.”


Schermafbeelding 2014-12-16 om 11.56.10