Waarom 50 tinten grijs in de paardenwereld niet werken

5 mei 2015, 00:00 Nieuws
[row][seven]

Grijs is:

• Slap en besluiteloos;


• Onduidelijk;


• Modderig;


• Onzeker;


• Onvast;


• Verwarrend.

Grijs zit simpelweg teveel in het midden. Paarden:

• Kunnen veel meer met een duidelijke ja of nee;


• Willen alle foute antwoorden geëlimineerd hebben;


• Halen vertrouwen uit leiding en begeleiding;


• Hebben de voorkeur voor een zelfverzekerde en veilige leider.

[/seven][five]

[panel]

Hoe sneller jij reageert, hoe makkelijker het is voor je paard om verbindingen te maken.

[/panel]

[/five][/row]

Het is waar dat paarden voortdurend met je communiceren. Door hun fysieke interacties stellen ze vragen en beantwoorden ze die van jou. Deze regelmatige interactie is het fundament van je trainingsprogramma. Een van de meest belangrijke eigenschappen van een ruiter is duidelijkheid van hulpen en vragen.

Vaak zijn de paarden met een leider-mens het gelukkigst en het fijnste om te rijden. Ze kunnen duidelijk vertrouwen op hun partner, die beknopt en zeker is. Er is geen giswerk van het paard vereist.

Maar hoe is dit dan van invloed op jouw dagelijkse rijroutine?

Als je om galop vraagt, krijg dan die galop. Laat het paard niet sneller draven en draven tot je hem maar laat stoppen. Vertraag de draf en vraag weer om galop. Herhaal. Wees duidelijk. Wees consequent. Herstel de buiging. Corrigeer de schouder waarover je paard valt. En vraag het dan op nieuw.

Als je een wending rijdt, ga dan mee als je paard naar buiten valt. Vang de buitenschouder op met je teugel, gebruik je buitenbeen om rechtheid van de ribbenkast te vragen en moedig wat meer impuls van de achterhand aan met je zit en beenhulpen.

Tijdigheid is het sleutelwoord als het gaat om duidelijkheid. Wacht niet tien, twintig of dertig stappen voor je doordrijft op je vraag. Hoe sneller jij reageert, hoe makkelijker het is voor je paard om verbindingen te maken.

Bron: Horselistening