130531238_ABFweb
130531238_ABFweb

Tip Geert-Jan Raateland: vloeiende overgangen rijden

Nieuws

Elke week krijg je een tip van een deskundige. Deze week is de tip afkomstig van dressuurruiter Geert-Jan Raateland. 

[caption id=”attachment_51707” align=”alignright” width=”199”] Geert-Jan Raateland[/caption]

“Er zijn natuurlijk twee soorten overgangen: een overgang naar voren en een overgang terug. De overgang naar voren toe is bijvoorbeeld van stap naar draf of draf naar galop. De overgang naar voren toe is de allerbelangrijkste stap waar je mee begint in de opleiding van een paard. Hiermee leer je een paard “aan het been” te lopen en te reageren op je beenhulpen. Zorg dat je heel consequent bent in deze hulpen met je been, zodat deze steeds kleiner kunnen worden naarmate de opleiding van het paard vordert.

Heb je de overgangen naar voren onder de knie, komt de volgende stap, de overgang terug, van bijvoorbeeld draf naar stap of galop naar draf. Voordat je een goede vloeiende overgang terug kunt gaan maken, zul je dus eerst moeten zorgen dat je paard in balans, voor het been (door middel van de overgangen naar voren) in een arbeidstempo kan lopen.

Belangrijk is dat je altijd het gevoel houdt dat je naar voren blijft gaan, óók als je een overgang terug maakt. Verlies je het gevoel naar voren, dan wordt de overgang nooit vloeiend. Een overgang van draf naar stap bijvoorbeeld. Begin met het zachtjes afremmen op twee teugels. Reageert het paard hier totaal niet op? Dan kan je een keer een meer abrupte overgang naar stap of halt maken. Zie dit dan even als een correctie en ga weer verder in de draf waar je mee bezig was. Na het afremmen op twee teugels zal het paard terugkomen in tempo, blijf aan de balans en drang naar voren denken, verlies je dat: ga dan weer iets naar voren op je been. Om vervolgens weer zachtjes op twee teugels af te remmen.

Door dit te herhalen kan je steeds in een iets lager tempo draven zonder de voorwaartse drang en balans te verliezen. Let ook op dat als je het gewenste tempo hebt bereikt je je hand weer ontspant en dus stopt met remmen. Kun je remmen tot je bijna in stap bent zonder de drang naar voren te verliezen, dan maak je de overgang af door naar stap door te remmen. Wissel overgangen af met ‘schijnovergangen’ door bijna naar stap te gaan en weer naar voren te draven. Zo blijft je paard naar voren denken in de overgangen terug en zal de overgang mooi en vloeiend zijn.

“Ik wil de pen doorgeven aan Laury de Wit, de groom van Patrick van der Meer.”

Bron: Bitmagazine
150706200_ABFweb