Blogger signe sanne
Blogger signe sanne

Blog: Bospaard of steppepaard

Nieuws

Ooit heeft iemand mij verteld dat er twee soorten paarden zijn: Bospaarden en steppepaarden. De context was toen met name het vluchtgedrag van die type paarden. Het bospaard schrikt, verstijfd en kijkt voordat het besluit of hij moet vluchten. In een bos staan tenslotte bomen en kan je niet blindelings weg spurten. Een steppepaard schrikt en zet het op een rennen over de wijdse vlakte. Pas na een flinke sprint gaan ze kijken of het gevaar hen nog op de hielen zit.


Mijn paardje is duidelijk van het bospaard type, hoewel hij er ook zeker niet vies van is om eens flink de wind tussen zijn oren te voelen en over een vlakte te denderen. Dat hoeft niet eens een vlakte te zijn, een fraai breed bospad voldoet uitstekend. In mijn omgeving in het hoge noorden is er bos noch steppe. We moeten het met kleigrond doen en plattelandswegen met anderhalve meter berm aan weerszijde. Heel af en toe zakken we zuidwaarts af naar het Drents Friese Woud, naar het bos! En dat vindt hij toch genieten. Draven over kronkelende bospaadjes met hier en daar een mooi vergezicht. En galoppades over brede zandpaden langs de hei. Ja, dan zie het het bospaard in hem naar boven komen.


Het was dan ook echt een kadootje voor hem om twee weken lang op vakantie te gaan in de Drents Friese Woud. Dacht ik. Want er zit ook een nadeel aan bos. Dazen, vliegen, knutjes en andere kriebelbeesten. Dag drie van de vakantie werd dan ook een uitstapje naar de dichtsbijzijnde ruitersportwinkel om een vliegendeken te kopen. Dat hielp tegen de dazen en vliegen, maar de knutjes Mijn paardje kreeg spontaan zomerexceem. Wat een jeuk aan zijn manen en voorpluk had hij. Elke kans, hetzij paal, boom of mens, greep hij aan om te schuren. Dag vier werd een tochtje naar een winkeltje in de buurt dat uitstekende anti-jeuk zalf verkocht. Ik smeerde het op de opengeschuurde vacht bij zijn voorpluk en hij slaakte een zucht van verlichting. Ik wreef klodders vette zalf in zijn manen en hij dommelde in slaap. Hoera, we kunnen het bos weer in en lekker rijden.



Dazen wonen in kolonies en die vestigen zich elk jaar weer ergens anders. Onze buitenrit was voor een groot gedeelte goed te doen, een enkele daas houdt ons niet tegen. Maar toen reden we blijkbaar zo
n kolonie in. Er zaten wel twintig dazen op zijn korte hals en zelf moest ik het ook ontgelden. Dat werd dus een paar kilometer door galopperen om de dazen voor te blijven en een tripje naar het winkeltje in de buurt voor een goede en geurloze vliegenspray.


De dagen daarna waren we bosproof. Misschien kwam het ook door het kenmerkende Nederlandse zomerweer met regen en wisselende temperaturen zodat je niet elke dag dezelfde kleding aan hoeft en je regenlaarzen kan afwisselen met sandalen. We hebben genoten van de vakantie in het bos en de allerergste regenbuien leken ons steeds te passeren. We hebben paden verkend en gezommen in de spartelvijver, uren bij de wei gezeten met een glaasje en genoten van het uitzicht op onze paardjes.


Net als je gewend bent aan je nieuwe thuis is het tijd om terug te gaan naar de klei. Daar ligt het zand alleen in de rijbak en de ruiterpaden door het bos zijn stukjes van 500 meter. Ons uitgestrekte galoppad is het oude spoor van ongeveer een kilometer en daar liggen stenen onder het gras. Maar we hebben, door de wind die er altijd waait en het gebrek aan bomen, er nooit last van dazen, vliegen of knutjes. Een grotere vijand is de regen, want als het lang genoeg en hard genoeg regent wordt de wei één grote glibberige blubberbende. Dat was dus wel even wennen bij thuiskomst. Hij aarde er lettelijk meteen, vastgezogen hoeven in de kleimassa. Een verschil van dag en nacht.


Nu is, dankzij die harde wind, de kleiwei weer wat opgedroogd. Mijn conclusie: Je kan een bospaard prima uit de klei halen, maar de klei uit de sokken van je bospaard halen is een stuk lastiger. Maar even naar de ruitersportwinkel voor antiklittenspul en shampoo.

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding