Dingen die je herkent als je bent opgegroeid op stal

• Je leerde de schoonheid van zonsopgang kennen omdat je altijd vroeg op moest om de paarden te voeren.


• Je houdt van de kalme sereniteit van het geluid van paarden die in stilte op hun hooi kauwen.


• Je kunt poep scheppen als geen ander.


• Je behandelt een 600 kilo wegend dier alsof het een gigantische puppy is.


• Elke stalkat, hond en zelfs muis hoort voor jou bij je stalfamilie en ieder heeft een eigen naam.


• Je brengt je zomer door in een spijkerbroek, t-shirt en laarzen.


• En je benen zijn spierwit terwijl je armen poepiebruin zijn.


• Je spendeerde je dagen stinkend naar zweet, poep, modder, hooi en je zat vol haar. Maar je genoot van elke minuut.


• Je maakte de waterbak schoon en at vervolgens een boterham zonder je handen te wassen.


• Je deelde je eten met je paard omdat hij zo schattig keek.


• Je kan zowat alles maken van ducktape en kabelbinders.


• Je kunt een tractor rijden, een trailer achteruit inparkeren en je weet als geen ander een graafmachine te besturen.


• Je houdt van de mix van vliegenspray, vers hooi en zweterige paarden omdat het de geur van de zomer is.


• Je brengt hele dagen door zonder make-up omdat je paard toch wel van je houdt, of je gezicht nu onder gesmeerd is of niet.


• Je slaat zwembadfeestjes en barbecues over omdat je op wedstrijd moet.


• Je hebt urenlang gigantische pakken hooi ingepakt terwijl het 35 graden was, want je paarden moeten eten.


• Je draagt je paardrijbroek en jodhpurs overal, want het maakt je niets uit wat anderen denken.


• Je nam je paard mee om te zwemmen als het te heet werd.


• Je hebt wellicht zand, paardenbrokken en hooi gegeten als kind, maar gelukkig is het toch nog allemaal goedgekomen.


• Je bracht een nacht op stal door als je lievelingspaard ziek was of op het punt stond te bevallen.


• Je leven draaide - en draait! - om je dieren.


• Je ademt de lucht van een oude stal.


• En je zult het voor niets in de wereld ruilen.