Karolus BLOG
Karolus BLOG

Blog: Door een brandende hoepel springen

Nieuws

Ik ben nogal eenkennig aangelegd, want mijn vertrouwen in de mensheid is beperkt. Voor mij gaat er niets boven rust, reinheid en regelmaat. Mijn vrouwtje kent me door en ook het paardenmeisje en de buurvrouw kennen mijn rariteiten, dus standaard ben ik er wel gerust op om mijn natje en droogje van bekenden voorgeschoteld te krijgen. Maar ja, dan komt de zomervakantie in zicht en dan moet je het toch altijd maar weer afwachten hoe het loopt...


Deze zomer kwam het dik in orde: het vrouwtje vertrok met een enorme koffer en dat was voldoende om in de stress te schieten. Even later keerde mijn rust terug, want daar was ze: de olympisch oppasser onder alle oppassers! Beter kan m’n vrouwtje het niet voor me regelen. Want deze oppas ken ik al jaaaaaren. Ze zit niet aan m’n oren, blijft altijd rustig, weet welke borstels ik lekker vind, gaat met me wandelen en lacht om mijn trukendoos. Eigenlijk hebben we al een lange geschiedenis.

Ik herinner me als de dag van gisteren onze eenmalige springwedstrijd. Jaren geleden - toen ik dat nog best aardig kon - en het vrouwtje zonodig ook al op vakantie moest, overtuigde ze mijn oppas dat wij dan wel samen konden meedoen. “Voor de fun” zei ze nog. Whaha, fout! Ik deed alleen mee voor ‘het echie’, want hoe kwam ik anders telkens aan nieuwe dekens, die ik steevast zelf vernachelde? Het vrouwtje tipte wijselijk nog over het belletje en duidelijk sturen...

Het was kerst, vorst zat in de lucht, ik was topfit en ik hoorde de startbel: WEG was ik dus! Mijn gouden oppas herinnerde de tip een fractie van een seconde later en kon me nog net op tijd de juiste hindernis wijzen. Daarna liep het uit de hand... Ik ging veel harder dan ze op voorbereid was en dus was ik genoodzaakt zelf een volgende hindernis te kiezen. Ja, je moet wat als er onduidelijkheid is?! Potjandrie, dat gaf me een klapper... Ik schrok me rot, want je gooit een wandelende snoepkar toch niet met opzet van je rug af?

Gelukkig toonde ze haar gouden karakter en volste vertrouwen. Ze gaf niet op, maar deed nog een poging. Toen stonden de sprongen gelukkig ook meer op niveau en stormden we als een volleerd op elkaar ingespeeld team rond. Beetje jammer dat ze een halster won met een enorme bontrand op de neus. Tot op de dag van vandaag staan mijn ogen op steeltjes als dat ding weer eens onder het stof uit wordt gehaald. Brr...

Maar nu was ze er dus weer, joepie! Ik kon lekker met mijn maat grappen uithalen: poepen op vreemde plekken, snel de verkeerde stal in wandelen en na een regenbui om en om rollen in de zandbak (oh das waar, dat doen we altijd, niet alleen bij de oppas). Het maakt haar allemaal niet uit! Sterker nog, ze lacht en we krijgen nog een knuffel. Zij en ik: we hebben dezelfde humor.

Naast de verantwoording voor mijn maat en mij, gaf ze ook die maffe stalkat brokken en kregen die spetterende
mormels in de vijver dagelijks eten. Ze zei het vrouwtje dat ze die vissen liet oefenen om door een brandende hoepel heen te springen! Ik zag dat wel voor me... Af en toe droom ik er zelf ook nog over dat ik dat wel kan.

Ik vond het machtig interessant. Maar wat blijkt: na een onderonsje met zo’n spatterproduct is het gewoon een goede grap. Ze springen wel eens, maar er is geen hoepel en geen vuur. Machtig toch, zo’n gouden oppas? Ik geloofde het gewoon... Nu hoop ik dat ze volgend jaar weer komt. Heb ik een heel jaar de tijd om te oefenen door een brandende hoepel te springen. Ik zal d’r een poepie laten ruiken...
karlo en vis