Sterke band
Sterke band Foto: Arnd Bronkhorst | Arnd.nl

Zo gaat jouw paard in 10 stappen voor je door ‘t vuur

Gedrag

De band tussen mens en paard kán uniek en zo optimaal zijn dat een paard voor je door ‘t vuur gaat. Als de samenwerking goed zit dan profiteren ruiter en paard van meer voldoening en plezier. Daarnaast is het veiliger en behaal je vaak ook veel betere wedstrijdprestaties. Dit klinkt natuurlijk ideaal, maar hoe creëer of verbeter je de band met jouw paard? Dit kan met 10 eenvoudige stappen.

Stap 1: Werk vanuit de aard van je paard

Elk paard is een vluchtdier met een sterke eigen wil en sterke instincten. Het heeft niet veel nut om daartegenin te gaan, maar het heeft wel veel nut om te leren je paard te begrijpen. Elk paard is anders, dus probeer je te verplaatsen in de denkwijze en het perspectief van jouw paard. Het observeren van jouw paard is heel belangrijk voor het wederzijdse begrip. 

Bekijk bijvoorbeeld: hoe je paard zich gedraagt in de weide en in een kudde (is je paard een geboren leider of meer een volger), hoe voelt je paard zich (dit verschilt per dag), wat vind je paard wel en niet leuk om te doen en hoe denkt of leert je paard? Als je dit weet kun je er in het positieve slim gebruik van maken op stal, aan de hand en tijdens het paardrijden.

Stap 2: Aaien is een sleutel tot succes

Aandacht maakt alles mooier, dat gezegde gaat echt op bij paarden en pony’s. Fysiek contact, veel poetsen en aaien is belangrijk om een goede band met elkaar te smeden. Je laat door veel te aaien zien dat je om jouw paard geeft en het aaien stelt paarden gerust.

Stap 3: Beloon je paard vaak

Het is effectiever om een paard opbouwend te trainen en de stapjes die goed gaan gelijk te belonen dan dat je het verkeerde afstraft. Dit is echter wel lastig, want als ruiter zie je fouten sneller en doe je er natuurlijk alles aan om ‘foutloos’ te zijn. Een leuke oefening om je mindset te veranderen is om in de training constant JA te roepen als je paard en jij iets goed doen en als iets lukt. Je aandacht voor het negatieve draai je dan om in positieve gedachtes en daardoor creëer je meer plezier tijdens de training.

Stap 4: Richt je op de kracht van jouw paard

Stap 1 is belangrijk voor stap 4, want je moet eerst op basis van observaties weten wat je paard leuk vind en wat niet. Als het graag springt, zorg dan dat er tijdens de training gesprongen gaat worden. Als je paard het liefst door het bos galoppeert of als hij graag aan de waterslang sabbelt, laat dat dan gebeuren. 

Verder is het ook beter om de kracht van je paard te gebruiken in plaats van diens zwakte. Heeft je paard een natuurlijke aanleg voor een bepaalde tak van de paardensport, kies die dan uit. Forceer een paard liever niet in een discipline waarvoor hij of zij geen natuurlijke aanleg heeft en waar de bouw van je paard niet geschikt voor is.

Stap 5: Optimaliseer de verzorging

De verzorging van je paard moet goed verzorgd worden en er moet een balans zijn in de fysieke, mentale, sociale en emotionele behoeften. Ook is het prettig als je paard bij voorkeur met soortgenoten kan zijn, want een paard is van nature geen solitair dier. Verder voelt een paard zich veiliger als op alle vlakken de verzorging voor elkaar is.

Stap 6:  Kies een verbeterpunt en pak dat eerst samen op voordat je iets anders kiest

Werk aan één verbeterpunt tegelijkertijd en maak je daarbij niet druk om de rest dat nog verbetert moet worden. Als je bijvoorbeeld van plan bent om de soepelheid te trainen, concentreer je daar dan op en maak je verder geen zorgen als je de volte even niet lekker rond doorloopt. 

Ook als je met laterale oefeningen bezig wil zijn dan hoef je je geen zorgen te maken om het verlies van impuls. Als je tevreden bent met de behaalde resultaten en je stap voor stap tot het einddoel bent gekomen met je paard dan kun je pas een ander verbeterpunt aan gaan pakken.

Stap 7:  Zorg voor afwisseling tijdens het routinewerk

Op veel verschillende manieren kun je één verbeterpunt aanpakken. Zo kun je bijvoorbeeld vier dagen trainen in de bak en dezelfde oefeningen op de vijfde dag in het bos gaan herhalen. Of je kunt bepaalde oefeningen steeds in een andere gang oefenen. Ook in de warming up en in de cooling down kun je variatie aanbrengen. Dit alles zorgt ervoor dat je dus in je training afwisselend kunt zijn en dat het uitdagend blijft voor je paard, maar ook voor jezelf.

Stap 8: Wees emotioneel gezien stabiel

Natuurlijk heb je mindere en betere dagen, die heeft je paard ook, maar probeer bij het contact met je paard vooral een stabiele factor te zijn. Het is voor je paard heel verwarrend als je de ene dag extreem vrolijk en lief bent en de andere dag schreeuwt, gehaast beweegt of kwaad wordt. Dit ondermijnt je eigen leiderschap naar je paard toe en maakt ook het wederzijds vertrouwen stuk. Hoewel dit een open deur lijkt te zijn, is het in de praktijk toch vaak heel lastig om altijd je emoties te beheersen.

Stap 9: Maak het makkelijk en begrijpelijk voor je paard

Als een oefening in een training niet lukt en je met je paard vastloopt dan is het wellicht handig om je instructie aan te passen en wat duidelijker te maken. Je paard doet het niet uit onwil niet, maar gewoon omdat hij of zij nog niet begrijpt wat je bedoelt. 

Soms moet je ook even creatief zijn om je paard wat nieuws te leren. Als het gaat om hele moeilijke oefeningen of figuren die je paard wilt aanleren dan is het verstandig om de weg ernaartoe op te knippen in begrijpelijke opdrachten. Dus verlang dan niet meteen het totaal, maar bouw het langzaam op.

Stap 10: Gun je paard tijd bij het leren

Zelf leren we iets nieuws ook niet binnen een dag, dus je paard heeft ook tijd nodig om nieuwe kennis op te pakken. Wees ook geduldig als het om het tempo van voortgang gaat, want je paard kan de ene dag weinig vooruitgang boeken terwijl het kwartje de dag erop misschien ineens wel valt.

Bron: Het Rijpaard, Perry Wood van Veltman Uitgevers