Hoe ga je om met een schrikkerig paard?

Maakt dit je nou benieuwd hoe je het beste met een schrikachtig paard om kunt gaan? Lees dan vooral even verder voor een paar tips van gedragsdeskundige Margrit Blankwater!

1. Route uitstippelen

Wanneer je met stalgenootjes op buitenrit gaat, ben jij de aangewezen persoon om de route te bepalen. Die heb je in je hoofd natuurlijk al lang uitgestippeld. No way dat jullie langs dat huis met die enge waakhond gaan, oversteken over het zebrapad of dat smalle paadje langs die brede sloot nemen…

2. Lijstje

Jij hebt een lijstje van dingen die je paard wel en niet eng vindt. Auto’s? Geen enkel probleem. Tractoren? Gek genoeg ook niet. Fietsers? Die zitten op het randje, wielrenners zijn uitgesloten. Boos kijkende grassprieten? Eng. Plastic zakjes? Vreselijk verschrikkelijk eng. En ‘dingen die er gisteren nog niet waren’? Reken maar op gedribbel, gesnurk of een bliksemsnelle rechtsomkeert!

3. Schrikproof

Ieder kledingstuk dat je voor jezelf koopt moet vooraf worden getest op ‘engheid’. Jasjes mogen niet flapperen en klittenband is uit den boze! Ohja, en de kleur geel vindt je paard blijkbaar ook eng…

4. Onbewust

Terwijl je op je fiets door het dorp rijdt kijk je onbewust om je heen of er niet ergens een verdwaald plastic zakje ligt, ben je alert op blaffende honden en spelende kinderen. Tot je je beseft dat je niet op je paard zit en je je realiseert dat jouw fiets hoogstwaarschijnlijk nergens van opzij springt.

5. Dressuurtraining

Een gemiddelde dressuurtraining begint met een volte van 20 meter rondom ‘x’ in een overhaaste stap, met een krampachtig korte teugel. In de buurt van de hoeken kun je de eerste tien minuten immers niet komen. Daarna volgt al snel een overgang naar draf, waarbij je paard natuurlijk wakker schrikt van je been. 

Bij het veranderen van hand springt je paard over een zandkorrel die hem blijkbaar net iets te boos aankeek. Een overgang naar stap volgt, waarbij je paard zich een hoedje schrikt van een poepschep die al ruim anderhalf jaar op precies dezelfde plek in de bak staat.

Je instructeur vertelt je keer op keer dat moeilijke paarden de beste ruiters maken. Dat wil je best geloven, maar of het waar is… voor zover je je kunt herinneren heb je nog nooit van Edward Gal gewonnen.

6. Ontzettend saai

Wanneer je vriendin op vakantie is mag je een weekje op haar super brave paard rijden. Je durft het haar na die week eigenlijk niet toe te geven, maar stiekem ben je tot de conclusie gekomen dat je haar paard ontzettend saai vindt. Waar ligt de uitdaging met zo’n brave?

Een paar handige tips…

Eerlijk is eerlijk: hoewel je misschien best om het lijstje kunt lachen, maakt het je waarschijnlijk vooral hopeloos nieuwsgierig naar de juiste manier om met een kijkerig paard om te gaan. Daarom hebben we gedragsdeskundige Margrit Blankwater van PK Coaching gevraagd om een paar handige tips met ons te delen!

1. Kijk niet naar je paard, maar naar het gevaar

Margrit: “Veel ruiters zijn geneigd om naar hun paard te kijken wanneer ze iets spannends tegenkomen. Een goede leider doet juist het tegenovergestelde: door te kijken naar het gevaar laat je jouw paard merken dat jij bezig bent met het maken van een weloverwogen beslissing. Wanneer je naar je paard kijkt, geef je hem onbewust het teken om de leiding over te nemen.”

2. Neem initiatief

“Ziet je paard gevaar, neem dan direct het initiatief en vertel hem wat te doen. Wacht niet op zijn reactie, maar laat hem zien dat jij de situatie onder controle hebt. Blijf ontspannen zitten, adem uit en stuur je paard daar waar je hem heen wilt hebben. Hoe sneller jij kunt handelen, hoe meer vertrouwen je uitstraalt richting je paard”

3. Hoofd omlaag

“Een paard dat schrikt drukt zijn rug weg en steekt zijn neus de lucht in. De adrenaline giert in een mum van tijd door het lichaam van je viervoeter. Wat niet veel mensen weten is dat het voor een paard – biochemisch-technisch gezien - lastiger is om adrenaline aan te maken wanneer hij zijn hoofd omlaag heeft. Wanneer je het neusje van je paard omlaag brengt, zal je merken dat hij wat sneller tot bedaren komt”, zegt Margrit.

4. Stap af

“Stap altijd af wanneer jouw paard nog niet zo veel vertrouwen heeft in jou als leider. Schaam je er niet voor om voor je paard uit te lopen om hem op die manier te laten zien dat jij de situatie onder controle hebt. Geef je paard de kans om dapperder te worden door een aantal keer langs het gevaar af te lopen. Daarbij ben je eigenlijk een beetje bezig met schriktraining: je leert je paard minder sensibel te worden voor schrikprikkels.”

5. Verfijn de communicatie met grondwerk en schriktrainingen

“Zoals wel blijkt uit de bovenstaande tips draait alles feitelijk om leiderschap. Je kunt de communicatie tussen jou en je paard verbeteren door grondwerk en schriktrainingen. En nee: dat is echt niet alleen voor types met geitenwollen sokken”, lacht Margrit. 

“Met grondwerk kun je jezelf bewust maken van de signalen die jij aan je paard doorgeeft. Die bewustwording draagt bij aan je leiderschapskwaliteiten, waardoor de band met je paard verbeterd. Bij schriktrainingen stel je jouw leiderschap vervolgens op de proef. Je leert zelf snel en effectief te handelen en helpt je paard heldhaftiger te worden. De schrikachtigheid van je paard zal natuurlijk nooit verdwijnen, maar je kunt wel leren hoe jullie spannende situaties het beste de baas kunnen zijn!”

Bron: Bit & Cap, Horse & Hound.