Sterke band
Sterke band Foto: Arnd Bronkhorst | Arnd.nl

Zo word én blijf je beste vriendjes met je paard

Fun Opvallend

Het maakt niet uit hoeveel ervaring je hebt of hoeveel rozetten je hebt gewonnen: met paarden raak je nooit uitgeleerd. Een paard dwingt je er simpelweg toe om het allerbeste uit jezelf te halen. 

Het succes dat je met je paard hebt komt uiteindelijk neer op bewustzijn, geduld en – het belangrijkste van alles – het zijn van beste vriendjes met je paard. En dat doe je op vijf manieren…

1. Wees de beste ruiter die je kunt zijn

Je eigen rijvaardigheden verbeteren is het allerliefste ding wat je voor je paard kunt doen. Neem zo veel lessen als je kunt betalen, lees boeken en bestudeer anderen. Blijf vooral ook niet in je eigen discipline hangen, maar kijk ook eens welke wijze lessen je kunt halen uit de springsport, maar ook uit western of zelfs de mensport! 

Probeer de beste ruiter te zijn die je kunt zijn en werk vooral aan je timing en balans. Paardrijden draait in tegenstelling tot een sport als hardlopen niet om uithoudingsvermogen of kracht, maar om balans en coördinatie. 

2. Kom erachter hoe jouw paard het liefste behandeld wil worden

Je gebrek aan ervaring kun je compenseren met geduld en empathie. Iedereen houdt van zijn paard, maar de vraag is of je paard net zo veel van jou houdt. En bovenal: houdt je paard op dezelfde manier van jou als jij van hem? 

Jij houdt misschien van je paard omdat je houdt van met hem te dressuren, maar houdt hij er eigenlijk wel van om datzelfde met jou te doen? Het is erg belangrijk om erachter te komen hoe jouw paard het liefste behandeld wil worden. Bij het ene paard gaat de liefde door de maag, het andere paard houdt misschien juist van je om je geduldige aanpak. 

3. Wees vriendelijk voor je paard

Bij het opbouwen van een hechte band met je paard maak je het verschil in de kleinste handelingen. Probeer de allerdaagse dingen zo vriendelijk mogelijk te doen. We weten allemaal hoe we hoeven moeten uitkrabben en hoe je een paard aansingelt. 

Maar doe je dat wel op de vriendelijkste manier mogelijk? Zet wanneer je de hoef hebt uitgekrabt het been van je paard netjes terug op de grond, in plaats van hem te laten vallen. Singel in kleine stapjes aan, in plaats van in één ruk. 

En breng wanneer je het hoofdstel aan doet, de oortjes naar voren in plaats van naar achteren. Daag jezelf uit om nog vriendelijker te zijn voor je paard, zelfs als je er zeker van bent dat de band met je paard al ontzettend goed is.

4. Stimuleer je paard (én jezelf) om te willen leren

Het liefste stap je op je paard om er meteen mee aan de slag te gaan… maar wil je paard eigenlijk wel iets van jou leren? Wist je dat het, zeker bij een nieuw paard, de eerste maanden soms helemaal niet om trainen gaat? Soms heeft je (nieuwe) paard de tijd nodig om op jou ingesteld te raken en te ‘vergeten’ hoe zijn vorige ruiter dingen aanpakte. Trainen is niet veel meer dan communicatie en motivatie. 

De communicatie lijkt misschien het lastigste – want hoe zorg je ervoor dat je jouw paard zo duidelijk mogelijk vertelt wat je van hem wilt – maar feitelijk valt of staat je training bij motivatie. Als je paard niet wil leren, dan kunnen je hulpen nog zo duidelijk zijn, maar schiet je geen haar op. En dat geldt natuurlijk ook andersom: als jij geen nieuwe ideeën wil aannemen, dan komen jij en je paard uiteindelijk nooit verder.

5. Accepteer de grenzen van je paard

Alle paarden lijken op elkaar, maar zijn tegelijkertijd ook allemaal even verschillend. Niet ieder paard heeft dezelfde sterke punten. Misschien loopt je paard zijn proefjes in de klasse B, L en M foutloos, maar blijven jullie in de klasse Z steken. 

Plotseling wordt het rijden meer een gevecht dan zou moeten. Misschien zal je op dat moment wel denken: ‘Maar ik geloof in mijn paard en wil niet opgeven’. Iedereen projecteert zijn eigen dromen op zijn paard, maar soms is het verstandiger om te accepteren dat je de grenzen van je paard hebt bereikt. Paarden zijn feitelijk simpele dieren: hoe makkelijker het werk, hoe leuker ze het vinden. 

Leer te accepteren dat je paard op het hoogste niveau misschien wel kán presteren als je hem écht perfect rijdt, maar dat je paard veel gelukkiger met je is als jullie lekker blijven rondrijden op een niveautje lager.

Bron: Noelle Floyd