Wat als je paard een winterdip heeft?

Nieuws

Bij sommige paarden zie je geen verschil wanneer de winter van start gaat, maar andere paarden lijken plotseling een totale transformatie door te gaan. Ze hebben minder energie, hun vacht wordt dof of hun humeur verandert. Hoe dat komt en wat je eraan kunt doen legt paardenarts Els van den Berg je in dit artikel uit.


Nog even en de winter gaat weer officieel van start. De dagen zijn alweer korter, het is kouder, het gras is grotendeels gestopt met groeien en waarschijnlijk heeft je paard al een flinke wintervacht aangemaakt. Sommige paarden lijken rond deze tijd van het jaar een winterdip te ontwikkelen. 


De winterdip


Net als bij mensen is de kans op kwaaltjes in de winter ietsje groter. “Paarden eten in de winter weinig tot geen gras, waardoor ze minder vitamines en mineralen, zoals vitamine E, vitamine A en selenium, opnemen. Vitamine E zorgt ervoor dat je paard een goede weerstand blijft houden”, legt Els van den Berg, paardenarts bij Visdonk dierenhospitaal uit. Ook het ruwvoer dat je paard krijgt zal in de winter veel van zijn vitamines en mineralen inmiddels verloren zijn. Vitamines zijn onmisbaar voor een goede weerstand en dus een gezond paard. De oplossing lijkt dus simpel: je moet gewoon het vitamine peil van je paard op niveau zien te houden. Maar hoe doe je dat dan?


Het gevaar van een winterdip


Een paard met een winterdip is vrij makkelijk te herkennen en ook weer vergelijkbaar met menselijke situaties. “Je kunt bijvoorbeeld zien dat een paard minder lekker in zijn vel zit als zijn vacht dof wordt. Veel mensen denken dat dat komt omdat hij in zijn wintervacht zit, maar ook wintervacht kan heel mooi glanzen. Je paard kan ook massa verliezen in bijvoorbeeld spieren, maar ook in vet en het kan zijn dat hij een beetje futloos is en dus minder energie heeft. Aan al die dingen kun je merken dat je paard waarschijnlijk een tekort aan voedingsstoffen heeft”, vertelt Van den Berg.


Een tekort aan voedingsstoffen kan ook flinke gevolgen hebben. Zo heeft je paard dan dus bijvoorbeeld een verminderde weerstand en is hij makkelijker vatbaar voor ziektes en verkoudheden. “Een tekort aan voedingsstoffen kan ook voor darmklachten zorgen en op de lange termijn zelfs voor hele serieuze problemen aan het immuunsysteem.”



Vitamines bijvoeren


“In ruwvoer zitten eigenlijk nooit zo veel vitamines en mineralen als in vers gras. Het is dus zaak dat je deze vitamines en mineralen bijvoert. Je kunt dat op verschillende manieren doen”, legt Van den Berg uit. “Zo kun je heel specifieke supplementen voeren, maar er zijn ook zogenaamde balancers verkrijgbaar die de vitamines en mineralen van je paard aanvullen.”


Het belang van ruwvoer


Ondanks dat er misschien niet zo veel voedingsstoffen meer in het ruwvoer zullen zitten, is hooi of kuilgras wel enorm belangrijk voor de voeding van je paard in de winter, ook wanneer je paard op de wei staat. “Je moet niet vergeten dat paarden die op een kale wei staan, toch altijd op zoek zullen gaan naar iets om te eten. Hierdoor krijgen ze vaak flinke hoeveelheden zand binnen, dat kan ervoor zorgen dat je paard zich minder fit gaat voelen, maar het kan ook voor zware koliek zorgen”, aldus Van den Berg. Het is dus van belang dat je paard altijd bereik heeft tot voldoende ruwvoer. “Verspreid het hooi daarbij over de wei, bijvoorbeeld in verschillende kleine hooiruiven. Op die manier loopt je paard gemakkelijk van de ene ruif naar de andere ruif en krijgt hij nog wel de beweging die hij normaal op de wei krijgt.”



Beweging


Als laatste begint Van den Berg nog even over de beweging van het paard, want ook het gebrek aan beweging kan ervoor zorgen dat je paard een beetje sip wordt. Van den Berg: “Paarden staan ‘s winters vaak een stuk korter op de wei. Daardoor kunnen ze veel minder vrij bewegen en staan ze veel langer stil. Als je je paard slechts een of twee uurtjes per dag op de weide hebt staan, zorg er dan voor dat hij ook nog een tijdje in de paddock of in de stapmolen kan staan. Je kunt natuurlijk zelf ook een stukje met hem gaan wandelen, als hij maar beweegt. Je paard zou net zo veel beweging moeten krijgen als in de zomer, wanneer hij volle dagen op de wei staat.”


Bron: Bitmagazine