160406076_ABFweb
160406076_ABFweb

Muesli bijvoeren, waar moet je op letten?

Welzijn Horsemanship Verzorging Veterinair Voeding

Er zijn steeds meer soorten paardenmuesli verkrijgbaar. Dat maakt het kiezen er niet makkelijker op. Want welke is nu goed voor jouw paard? Hoe meer er in zit, hoe beter? Hoe duurder, hoe beter? Dr. Anneke Hallebeek, dierenarts en specialist veterinaire diervoeding vertelt meer over muesli en hoe je tot een goede keuze komt.

Pak een handje muesli en je ziet meteen waarom veel paarden het graag eten. Er zit van alles in, brokjes, granen, zaden, gedroogde stukjes wortel, biet of appel, gehakte luzerne of timotheegras. En als er kruiden aan toegevoegd zijn, dan ruikt het ook nog eens erg lekker. Het is juist deze variatie en structuur die maken dat paarden muesli graag eten. En dat is meteen het grote voordeel van muesli vergeleken met brokken. Veel paarden vinden muesli lekkerder dan brokken. Fijn voor het geval dat jouw paard een lastige eter is of wel wat extra’s kan gebruiken. De gevarieerde structuur van muesli heeft nog een voordeel; je ziet wat je voert. Maar wellicht het grootste pluspunt van muesli is dat meer structuur beter is voor de darmwerking van je paard én het meer moet kauwen waardoor het meer speeksel produceert. Dit geldt natuurlijk met name als de muesli extra structuurrijke ingrediënten bevat.

Aanvullend krachtvoer

Met al deze mooie voordelen, zou je haast denken ‘waarom zou ik mijn paard géén muesli geven?’ Op deze vraag heeft Anneke Hallebeek een duidelijk antwoord: “Muesli is een aanvullend krachtvoer en kan, net als brok, een goede aanvulling zijn op het dagelijkse portie ruwvoer. Met de nadruk op ‘kan’.  Want een belangrijke vraag die je jezelf zou moeten stellen, is of je paard het echt nodig heeft. Rijd je veel en intensief? Dan kan je paard aanvullende voeding in de vorm van bijvoorbeeld muesli goed gebruiken. Maar rijd je een paar keer per week een rustig buitenritje, dan is een muesli als aanvulling op het dagelijkse portie gras of hooi niet per se nodig. Af en toe een handje muesli als beloning of verwennerij volstaat in dat geval. De meeste paarden doen het namelijk prima met een geschikte kwaliteit ruwvoer.”

Energiebehoefte

Om te bepalen of je paard dagelijks een portie muesli als aanvullend voer nodig heeft en hoeveel, is het volgens Hallebeek vooral goed om naar de conditie van je paard te kijken. “Je merkt snel genoeg of je paard teveel of te weinig voer krijgt. Neigt je paard om dik te worden, dan is het beter om terughoudend te zijn met muesli als aanvullend voer. In dat geval volstaat af en toe een handje als beloning. Merk je echter dat het paard magerder wordt of dat de conditie minder wordt, dan is verstandig om bij te voeren.” Nu we weten dat muesli een goede aanvulling kan zijn voor je paard, is de volgende vraag: “Welke muesli geef je je paard? Waar moet je zoal op letten?” Daarvoor is het volgens Hallebeek goed om te kijken naar een aantal zaken: granen, vezelgehalte, suikergehalte en speciale toevoegingen. 

Met of zonder granen

Je hebt speciale muesli zonder granen. Maar in de meeste mueslivarianten zit een of meerdere graansoorten in bewerkte vorm of geheel ontsloten zodat het licht verteerbaar is. Haver, gerst, mais en spelt zijn de meest voorkomende granen in muesli.

Haver geeft een paard snel energie en is daardoor heel geschikt voor bijvoorbeeld sportpaarden. Het grote voordeel van haver vergeleken met andere granen is dat het aanwezige zetmeel goed verteerbaar is voor paarden. Van haver wordt vaak gezegd dat paarden er ‘heet’ van worden. Sommige paarden zijn inderdaad gevoelig voor haver en worden er energiek van, maar dat verschilt per paard.Gerst is een veel gebruikte graan in muesli en geeft meer energie dan haver. Omdat het tegelijkertijd minder goed verteerbaar is, vind je het meestal in gepofte of gevlokte vorm terug in muesli.

Spelt is een oude tarwesoort. Er gaan veel verhalen rond dat spelt beter is dan tarwe, meer vezels zou bevatten of gezonder is. De smaak kan wat anders zijn, maar de voederwaarde is min of meer vergelijkbaar met tarwe.  Van spelt (en ook tarwe) mag je niet teveel voeren. Het wordt namelijk een plakkerige substantie in de maag en het heeft een relatief hoog zetmeelgehalte.

Maïs bestaat vooral uit zetmeel en levert dus vrij veel snel bruikbare energie. Omdat het eiwitgehalte laag is, wordt het een dikmaker genoemd. Let op dat veel zetmeel kan leiden tot verteringsklachten. Over het algemeen is het dan ook bewerkt, zoals gepofte maïs. Het is veiliger om plantaardige olie als dikmaker te gebruiken.

Zemelen zie je ook geregeld op de lijst van ingrediënten staan. Zemelen zijn niets anders dan de velletjes van tarwe. Het is dus een vezelrijk product en goed voor de darmwerking.

Veel vezels, veel kauwen

Heeft jouw paard de neiging om snel dik te worden of verricht het lichte arbeid? Dan is het beter om geen of maar af en toe wat muesli te geven. Hallebeek: “Als je toch graag iets wilt geven, kies dan voor muesli met een laag vet-, suiker- en zetmeelgehalte. Vezelrijke muesli met luzerne of timotheegras is ook zeer geschikt. Hier moet je paard goed op kauwen wat weer goed is voor de darmwerking.” Let op: Wil je jouw paard af en toe een handje muesli geven, geef dan wel paardenmuesli en geen mueslireep uit de supermarkt. Deze bevatten vaak veel granen en zoetigheid en dus zetmeel en suiker.

Hoe zit het met de suikers?

In iedere muesli zit wel wat suiker, want de ingrediënten bevatten altijd wel een beetje suiker of zetmeel. Teveel suiker is slecht voor iedereen, dus ook voor je paard. Het minderen van suiker is daarom verstandig, zeker voor sobere rassen en paarden die matig bewegen. Kies voor deze paarden voor een muesli zonder melasse of met een laag suikergehalte. “Melasse, of rietmelasse, wordt gebruikt om de verschillende bestanddelen van een muesli een beetje aan elkaar te laten plakken. Muesli zonder melasse bevat meestal een beetje extra olie om dit effect te krijgen. Paarden die veel en intensief bewegen, kunnen extra energie in de vorm van suikers juist goed gebruiken. Geef hen een muesli die rijk is aan granen, vet en/of zetmeel.”

Hoog of laag eiwitgehalte

Eiwit is opgebouwd uit aminozuren en onmisbaar omdat het hele lichaam is opgebouwd uit eiwit. Cellen worden vervangen, spieren nemen in massa toe, dagelijks zijn aminozuren nodig om het lichaam in stand te houden. Eiwit zit in praktisch elk ingrediënt of voedermiddel, alleen het gehalte kan hoog of laag zijn. In sommige muesli is luzerne of soja toegevoegd. Beide zijn eiwitrijke voedermiddelen. Ook granen bevatten eiwit, al is het gehalte niet erg hoog. Elk paard heeft eiwit nodig. Paarden die meer eiwit nodig hebben zijn vooral paarden in de groei, drachtige merries en merrie die melk produceren. Voor sportpaarden is een kleine toevoeging van extra eiwit nodig. Niet elk eiwit is echter opgebouwd uit dezelfde aminozuren. Daarom kan een paard soms een andere eiwitbron nodig hebben om voldoende essentiële aminozuren binnen te krijgen. Dus niet alleen de hoeveelheid eiwit is van belang, maar ook de kwaliteit van het eiwit.

‘Een duurdere muesli is niet per definitie beter dan een goedkopere variant’

Hoe duurder, hoe beter?

De prijzen van muesli lopen uiteen van gemiddeld 15 euro voor een basismuesli tot 40 euro voor een speciaal merk sportmuesli. “Een duurdere muesli is niet per definitie beter dan een goedkopere variant. De prijs van een muesli hangt samen met de ingrediënten. Hoe schaarser een bepaald ingrediënt, hoe hoger de prijs. Biologische muesli is daardoor bijvoorbeeld ook duurder dan een niet-biologische muesli. Daarnaast wordt de prijs ook bepaald door extra toevoegingen als prebiotica en speciale kruiden.”

Tip tegen keuzestress

Tenslotte nog een laatste belangrijke tip van Hallebeek: “Vind je het nog steeds lastig om te kiezen uit de vele soorten muesli die er zijn? En wil je zeker weten dat je paard datgene krijgt wat hij ook echt nodig heeft? Overleg met je dierenarts en laat eventueel een voeranalyse uitvoeren.”

Noot: Dr. Anneke Hallebeek heeft haar eigen adviesbureau www.Voedingsadviespaard.nl

110207298_ABFweb
160406002_ABFweb