stap
stap

4 tips: van telgang naar correcte stap

Training Dressuur Opvallend

Ineens heeft die viervoeter onder je geen viertakt ritme, maar loopt hij in tweetakt. Dat wil zeggen dat hij zijn linkervoorbeen en –achterbeen vrijwel tegelijk optilt en neerzet en aan de andere kant hetzelfde doet. Dat heet een laterale stap, ofwel telgang. Hoe kom je ervan af? Lees de tips van de Amerikaanse dressuuramazone Yvonne Barteau.

Veel instructeurs en ruiters laten de stap voor wat hij is, om te voorkomen dat het erger wordt, zegt Barteau. Toch kun je de stap trainen. Als eerste zal de nageeflijkheid – voorwaarts-neerwaarts voor het been – moeten worden bekeken.

Verbinding

De verbinding op beide teugels moet gelijk zijn en het paard moet naar beide teugels wijken als je dat vraagt. Je moet de hoofd-halshouding kunnen veranderen en ook de nek op het hoogste punt kunnen krijgen en links en rechts kunnen inbuigen.
Het is niet altijd even gemakkelijk om de juiste aanleuning te krijgen, maar je kunt dat verbeteren. Overigens is de stap de gang waarin je het beste kunt controleren of je het in de andere gangen ook voor elkaar hebt.
Alle problemen van aanleuning of ritme komen in deze gang het snelst aan het licht. Als je verbinding vraagt in stap, is het meest geziene probleem dat een paard zijn bovenlijn en rug spant. Je ziet het bijvoorbeeld als je de teugels oppakt na het halsstrekken.
Dan ontwijkt het paard de verbinding of draaft het zelfs aan. Hierdoor houdt de ruiter vaak de teugels langer vast, waardoor het paard nog meer tegen de hand komt. Voeg daar nog wat ongelijke teugeldruk of beenhulpen bij en je paard loopt ook nog eens scheef. Dit zijn factoren waardoor je paard lateraal kan gaan lopen.

Voorwaarden

Een ander scenario. Een paard drukt zijn rug  en zijn schoft weg en weigert verbinding te pakken. Hierdoor worden de achterbenen trager en dat kan ook weer leiden tot een telgang. Je snapt het: laterale stap komt meestal voort uit een niet correcte aanleuning in combinatie met een scheef paard of een paard dat niet voor het been is.
Meestal komt dat voor bij paarden met een hele ruime stap, maar paarden met een korte strakke rug kunnen er ook neiging toe hebben. Wat nu? Je hebt drie voorwaarden nodig voor een goede stap: verbinding, buiging en voor het been. Deze kun je niet negeren. De oude dressuurmeesters vragen niet voor niets vaak schouderbinnenwaarts in stap om problemen op te lossen. Dat is omdat deze oefening naast verbinding, buiging en ‘voor het been zijn’ vereist.

Vier tips

1. Neem verbinding

Neem een gelijke, zachte verbinding met beide teugels en houd je handen iets wijd. Je hoort daarbij een directe verbinding te hebben met de mond. Zorg dat je paard met zijn schouders recht loopt en corrigeer liever met je been dan met je hand.

2. Buiging

Vraag een beetje buiging. Als je rechts inbuigt, zul je een lichte teugeldruk moeten houden op links. Houd je rechterbeen bij de singel en wees soepel met je rechterhand. Als je paard door je linkerteugel heen loopt, corrigeer dan met je been. Wellicht eerst wat rechterbeen, om wat druk op je linkerteugel te krijgen en vervolgens met je linkerbeen, om weer recht vooruit te gaan.

3. Stap voorwaarts

Als je eenmaal verbinding en buiging hebt, kun je voorwaartser stappen, terwijl je dit gevoel vasthoudt. Een ruiter mag nooit het hoofd van het paard met zijn handen neerwaarts trekken. Het paard moet voorwaarts kunnen stappen met een meegaande hand en hetzelfde doen met wat buiging.
Als je paard gespannen voelt of zich inhoudt, is het zeer waarschijnlijk dat de ruiter daar de oorzaak van is. Je zult hem weer voorwaarts moeten laten gaan, zonder hem daarin te hinderen. Daarna moet hij weer in contact verder lopen. Draaft het paard aan, houdt dan je been eraan. Het zal je beendruk moeten accepteren in combinatie met een lichte teugeldruk.

4. Test de stap

Nu je basisvoorwaarden goed zijn, kun je overgangen gaan rijden van stap naar halt. Kun je halthouden met verbinding? Hangt de teugel in een boogje of gaat het paard met een schouder tegen de teugel hangen? Stapt je paard weer correct weg op lichte beendruk en houdt het daarbij verbinding? Dat kun je met deze oefening controleren. Ook door een volte van acht meter in stap te rijden, kun je controleren of je paard voor het been blijft.

Doel

Als je telkens kijkt of de voorwaarden kloppen, zul je je doel bereiken. Als je verbinding of aanleuning goed is, zul je betere overgangen kunnen maken en geen ritmeproblemen meer hebben.
Bron: Dressage Today.