Wat te doen met een lui paard?

Dressuur- en springtrainer Richard Davison geeft tips aan Horse and Hound. En wanneer je een lui paard gaat trainen, begin je volgens Richard bij de basis.

Hulp

Houd halt en geef je paard een kleine hulp met beide benen. Wacht een seconde (dat ‘gat’ is cruciaal). Als het paard niet reageert door voorwaarts te gaan, geef je een tweede - grotere - hulp. Als je paard hierop reageert kriebel en beloon je hem. Doet hij het een paar keer goed? Houd dan weer halt en vraag hem voorwaarts te gaan op een kleine hulp.

Na een korte tijd zal je paard leren om voorwaarts te gaan op de originele, kleine hulp. Als het paard eenmaal actiever is geworden op de kleine hulp, doe dan hetzelfde tussen stap en draf en vervolgens tussen stap en galop.

Verfijnen

Om de reactie op je been verder te verfijnen, kun je ook een beetje naar voren leunen (eerst op een overdreven manier, later zo subtiel mogelijk) . Dit verbreedt je arsenaal en het geeft je een andere manier om je paard naar voren te vragen.

Om het paard gevoeliger te laten worden op de teugelhulp, heeft Richard een simpele oefening: rijdt het paard terug (bijvoorbeeld van stap naar halt) en geef een kleine teugelhulp. Als hij niet goed reageert - vergeet de seconde tijd om te reageren niet - geef dan een sterkere hulp. Ook hier kan gebruik van je bovenlichaam helpen. 

Leun voorzichtig achterover om je paard te leren dat hij zachter moet wanneer jij je gewicht naar achteren verplaatst. Als je dit goed aanleert zal je paard straks op de kleinste hulp zachter gaan en goed reageren op je gewicht, waardoor extra druk op de teugels nog amper nodig is.

Uiteindelijk zorgen deze oefeningen ervoor dat de ruiter zo min mogelijk hoeft te doen in het zadel en rustig kan zitten. Je krijgt er een subtiele, maar effectieve controle van.

Bron: Horse and Hound