Bit
Bit

Help, een tongprobleem...

Nieuws

Je paard steekt zijn tong uit tijdens het rijden. Dit is een nachtmerrie voor een dressuurruiter en wordt tijdens de proef streng bestraft. Het paard doet dit natuurlijk niet zomaar, er is een reden voor. Vier deskundigen over oorzaken en oplossingen bij tongproblemen.

De paardentandarts

Om een goede diagnose te kunnen stellen, gebruikt dierenarts en paardentandarts Daan Staller een mondklem bij de paarden die hij onderzoekt, zodat hij overal probleemloos bij kan. Soms vraagt hij om het hoofdstel om te doen, zodat hij gevoeligheden door en de ligging van het bit kan controleren. “Er zijn veel factoren die meespelen bij een tongprobleem. Ik wil bijvoorbeeld weten of een paard zijn tong er altijd aan één kant uitsteekt, naar beide kanten of misschien alleen recht naar beneden laat hangen. De lagen kunnen verwond zijn, dat zijn de delen van de kaak waar geen tanden en kiezen zitten en waar het bit op rust. Beschadigingen op deze plek kunnen zelfs tot botwoekeringen leiden, die blijvend pijn veroorzaken. Of misschien zijn er wondjes aan de slijmvliezen of de wangen. Dat kan door scherpe randen aan het gebit komen, maar ook door de inwerking van het bit. De aanwezigheid van wolfstanden kan een oorzaak zijn. Dat zijn kleine, soms heel scherpe tandjes, zonder echte functie, die vlak voor of tegen de eerste kies aanliggen. Het komt voor dat wolfstanden niet zijn doorgekomen en dus onder het tandvlees verborgen zijn. Die noemen we ‘blinde’ wolfstanden. Ze veroorzaken wel pijn als het bit ertegenaan komt. Meestal komen ze alleen voor in de bovenkaak, maar soms vinden we zo’n verstopte wolfstand in de onderkaak.”
Het scheef afslijten van de snijtanden kan ervoor zorgen dat de onderkaak van een paard meer naar één kant ligt. “Misschien komt dat doordat een ruiter meer druk aan één kant geeft, waarop het paard als reactie zijn tong eruit gooit. Als een paard zijn tong uitsteekt, denk ik toch in de eerste plaats aan te veel druk door de ruiter.”
‘Bij acute problemen heb je de meeste kans op een succesvolle behandeling’
Er zijn paarden die hun tong niet opzij uitsteken, maar enigszins laten hangen, zodat alleen aan de onderkant een randje is te zien. Het kan een gewoonte zijn, maar volgens Staller is het in dat geval belangrijk de gevoeligheid van de snijtanden te laten controleren. “Als die te weinig ruimte overlaten voor de tong tussen de boven- en onderkaak krijg je dit ook. Het kan ook een pijnreactie zijn, bijvoorbeeld op een open wortelkanaal. Allemaal dingen die een deskundige paardentandarts zal onderzoeken.”
Staller vraagt de eigenaar altijd hoe lang het probleem al speelt. “Bij acute problemen heb je de meeste kans op een succesvolle behandeling. Het geeft aan dat er onlangs iets is veranderd. Steekt het paard al langer zijn tong uit, dan is het meestal een gewoonte geworden. Die gaat niet meer over, ook al neem je de oorzaak weg. Wacht dus nooit met hulp inroepen.”
De paardentandarts benadrukt dat het erg belangrijk is om bij tongproblemen naar de oorzaak te zoeken en het niet op symptoombestrijding te gooien. “Het paard maakt duidelijk dat er iets mis is. Er zijn ruiters die vinden dat het absoluut niet aan henzelf ligt. Die beginnen dus met steeds strakker aangesnoerde neusriemen of andere martelpraktijken. Zo’n neusriem maakt het probleem voor het paard alleen maar erger. We beperken hem nog meer in zijn natuurlijke bewegingspatroon. Als wij ons hoofd naar onze borst bewegen, dan komt de onderkaak naar voren. Dit moet bij een paard ook kunnen. Door zijn mond dicht te snoeren, maar ook door ontoereikende tandheelkundige zorg, wordt deze beweging beperkt. Hierdoor heeft een paard meer moeite om achter de oren in te buigen, mooi over de rug te lopen en bovenin te blijven. Dwing je, dan kan dat veroorzaken dat het paard van pure druk zijn tong uitsteekt. In sommige gevallen houdt het daar niet op. Ik ken zelfs een verhaal waarbij een tong operatief is ingekort. Bizar, ik ben daar fel op tegen. Je maskeert alleen het probleem. Heel vaak zie ik ondeskundig gebruik van stang en trens en slecht passende bitten.” Bij een paard dat zijn tong over het bit gooit, kunnen de pasvorm van het bit en de afstelling van het hoofdstel een rol spelen. “Ik heb zelfs meegemaakt dat mensen een bit verkeerd om hadden zitten. Geen wonder dat het akelig voelde voor het paard. Die probeerde het nare gevoel kwijt te raken door zijn tong op te trekken.”

De bittendeskundige

Natascha van Eijk is bittendeskundige. Ze houdt regelmatig passessies in het land, waarbij ze vaak tot schokkende ontdekkingen komt. “Ik zie heel veel open mondhoeken, beschadigde lagen en niet-passende bitten. Bijna niemand kijkt in de mond van zijn paard, laat staan dat men iets weet over de anatomie.”
Natascha benadrukt dat iedere paardenmond anders is. “Het is eigenlijk vreemd dat we naar een winkel gaan en op de gok een bit kopen, zonder dat we het kunnen uitproberen. Er zijn niet alleen grote verschillen in de hoeveelheid ruimte die er is voor een bit, maar paarden hebben ook een sterke voorkeur voor een bepaald gevoel. Dat is bij ieder paard anders.”
Hoewel er dus geen standaarden zijn aan te geven, raadt Natascha dubbelgebroken bitten waarvan het tussengedeelte breed is af. “Dan drukken de scharnierpunten namelijk de tong tegen de lagen. Het tussenstukje hoort mooi op het midden van de tong te liggen. Ik ben overigens ook geen fan van enkelgebroken bitten, want die liggen zelden symmetrisch. Neem liever een dubbelgebroken bit met een klein, passend tussenstukje.” Bij stangen gaat het vaak mis bij de tongboog. “Sommige boogjes zijn zo klein dat er niet eens een mensentong in zou passen. Dan liggen de scherpe zijkanten dus op de rand van de tong en drukt dit tegen de lagen, die bij sommige paarden zo scherp zijn als messen.”

‘Tongproblemen hebben in negentig procent van de gevallen een rijkunstige oorzaak’
Natascha’s ervaring leerde dat bij onvriendelijk teugelgebruik vaak schade aan de lagen is te vinden. Paarden leggen hun tong over die plek en steken ‘m dan aan de andere kant uit hun mond. Loopt een paard met zijn mond open, dan hangen stang en trens vaak te dicht bij elkaar, waardoor ze bij het aannemen van de teugels op elkaar terechtkomen. Dan is er te weinig ruimte om de mond dicht te houden. Of een bit is simpelweg te dik. Vaak wordt gedacht dat een dikker bit zachter is, maar dat is een fabel. Een dik bit geeft spanning in de kaak, waardoor een paard biomechanisch wordt beperkt in de beweging. In een kleine mondholte is een dunner bit voor een paard prettiger. Een te laag hangend bit zorgt voor onrustige tongbewegingen. “De tong is namelijk verder naar achteren dikker, dus daar ligt het bit beter en daar probeert het paard het naartoe te bewegen.” Te brede bitten hoeven niet direct een probleem te veroorzaken, mits ze mooi in het midden liggen en de ruiter vriendelijk is qua teugelvoering.
Tijdens de passessies legt Natascha de deelnemers uit hoe de paardenmond eruitziet en waarom hun huidige bit wel of niet past. Er wordt gekeken naar de aanwezige bitten en er kan worden proefgereden met exemplaren die Natascha meeneemt. “De bekendere merken hebben betere bitten. Maar je kan nog zo’n mooi en duur bit hebben, als het niet past hinder je je paard.”

De trainer/jury

“Tongproblemen hebben in negentig procent van de gevallen een rijkunstige oorsprong”, zegt internationaal jurylid Eddy de Wolff van Westerrode. Gedragenheid en zelfhouding van het paard zijn daarbij belangrijke begrippen ter voorkoming van veel ellende. “Het draait allemaal om de aanleuning. De manier waarop je halve ophoudingen geeft, waarmee je het paard wilt laten nageven, is een gevoelskwestie. Je wilt niet dat een hals korter wordt, je wilt dat hij rónder wordt en dat de goede spieren zich ontwikkelen. Trekken is dus niet de oplossing. Het paard moet afbuigen prettig vinden. Dat vindt hij echt niet als je hardhandig bent.” Steekt een paard zijn tong tijdens het rijden uit, dan raadt de trainer aan om houdingen te zoeken waarin deze weer naar binnen gaat. “Vraag eens stelling naar binnen of naar buiten en kijk wat het effect is. Is het probleem weg als je het paard meer bovenin rijdt? Of juist wat lager rijdt? Dan doe je dat. Experimenteer wanneer je paard zijn tong niet uitsteekt en rijd op die manier door.” De Wolff van Westerrode adviseert zijn leerlingen die tegen dit probleem aanlopen om hun paard te longeren met een bijzetteugel die correct is afgesteld, waardoor de neus iets voor de loodlijn zit. “Zo’n bijzetteugel is stil, die doet niets verkeerd. Blijft de tong tijdens het longeren in de mond, dan weet je zeker dat het aan jou ligt.”
[caption id=”attachment_29780” align=”aligncenter” width=”620”] Er zijn veel factoren die meespelen met tongproblemen, zoals het gebit.[/caption]
Hij erkent dat sommige paarden hun tong blijven uitsteken, ook als de aanvankelijke oorzaak is weggenomen. Deze paarden blijven moeite houden met de goede aanleuning en gedragenheid. Het kan zijn dat het nooit meer overgaat. “Blijf met zo’n paard zo correct mogelijk doorrijden, hoe vervelend ook. Probeer hem op een nette wijze nageeflijk te rijden. Het heeft geen enkele zin om het dier een halfjaar in de wei te zetten, want daarna doet hij het toch weer. En wend je niet tot rare oplossingen met scherpe hulpmiddelen. Daar los je het zeker niet mee op.”
Vanuit het oogpunt van een jury geeft De Wolff van Westerrode aan dat het erg uitmaakt hoeveel en hoe vaak een paard zijn tong uitsteekt. “Even zijn lippen aflikken is niet erg, als het totale beeld vriendelijk blijft. Maar komt de tong er ver uit en gebeurt dat vaak, dan gaat er per onderdeel een punt af en scoor je ook laag in het totaalcijfer voor aanleuning.”

De fysiotherapeut

Marleen Noordhof, fysiotherapeut en chiropractor, vraagt altijd als eerste of het gebit van een paard is nagekeken. Zo ja, dan voelt ze het lichaam na om te controleren of de beweeglijkheid overal even goed is. “De tong eruit gooien is een teken van verzet, een reactie van het paard dat iets niet normaal is. Ik wil het paard ook altijd onder het zadel zien, om na te gaan wanneer het probleem zich voordoet. Is het met nageven of als er stelling wordt gevraagd? Dat zegt al iets over de plek waar het mis kan zijn.” Behalve de hals en de rug, voelt ze ook hoe het zit met de mobiliteit van het tongbeen en het kaakgewricht.
Stijfheid of een blokkade van de beweeglijkheid kan verschillende oorzaken hebben. “We weten niet wat een paard de hele dag uitspookt als we er niet bij zijn. Het kan ook gebeuren dat een wat minder handige ruiter meer druk aan één kant geeft en dat het paard toevallig aan die zijde ook stijver is.” De fysiotherapeut hamert erop dat het herstellen van zulke problemen in samenspraak met de instructie moet gebeuren. “Ik kan zo’n paard fysiek losmaken, maar als er geen rijkunstige oplossing voor komt, treedt het in no time weer op.”
Marleen denkt dat een slecht passend zadel ook van invloed kan zijn, al heeft ze zelf nog niet eerder meegemaakt dat dit tot tongproblemen leidde. “Het zou niet het eerste zijn waar ik aan denk, maar je moet altijd beseffen dat een tong eruit niet normaal is. Het paard wil er iets mee aangeven. Probeer dus uit te zoeken wat er aan de hand is.”
openingsbeeld (Large)
pds-FanMarch09-0789